nartentinekesicilie1314.reismee.nl

Naar Tropea

VAN PALINURA TOT TROPEA

Dinsdag 14 gennaio 2014 Palinuro – Marina di Camerota.

We rijden vandaag maar 16 kilometer verder, over een weg langs grillige rotswanden naar Marina di Camerota. We zien veel bordjes met “caduta massi” (vallend gesteente)! Om 10.30 uur parkeren we op een plein aan het strand en naast de haven. Het is wat bewolkt…..We lopen een rondje door het stadje, dat tegen de heuvel is gebouwd. De haven is uiteraard interessant. Er liggen grote zeilboten langs de weg in dokken. In het dorp waar smalle straatjes door krioelen is eigenlijk alleen de kerk met zijn bronzen deuren uit 1998 en een aardig interieur het bekijken waard. Te zien aan de vele restaurants, barretjes en winkeltjes moet het hier in de zomer druk zijn. Als we terug zijn bij de camper bekijken we de voortzetting voor vandaag. Voor we verder gaan willen we nog even langs het strand lopen de andere kant op en de grotten verderop bekijken. Het blijkt een grottenstelsel dat door de UNESCO wordt ondersteunt omdat er prehistorische bewoning heeft plaats gevonden en uniek is voor deze kust. Een passerende automobilist stopt even om ons het een en ander te vertellen over de grotten…Een strandje verder lopen we een met roodwit aangegeven trappenpad op, dat ons rap omhoog leidt. Boven komen we aan een asfaltweggetje uit. We vragen aan een metselaar die net zit uit te rusten, waarom hij plastic flessen in zijn muur metselt. Dat is om er later ijzeren steunpalen in te kunnen zetten. Omdat we een andere weg terug willen, lopen we de berg omhoog langs een aantal villa’s om uiteindelijk op de doorgaande weg uit te komen. Deze leidt weer naar de parkeerplaats aan het strand. Half twee zijn we terug; we besluiten hier te blijven. We lunchen, lezen wat over het vervolg van onze reis in de Capitoolgids. We zullen morgen de provincie Campania verlaten en een smal kuststrookje door Basilicata rijden voordat we Calabria in gaan, de laatste provincie voor de oversteek naar Sicilia. De Middellandse Zee heet hier Thyreense Zee en waar we nu zijn wordt de Golf van Policastro genoemd. We leren wat Italiaans ( Nart uit z’n vertaal”ding” en ik uit mijn “moderne” ultra-snelle taalmethode uit 1966). Wat later gaan we toch nog een keer het strand op om te kijken of we bij de toren die op het uiteinde op een rotspunt staat kunnen komen. We moeten wel even timen om een andere in zee uitstekende rots voorbij te komen, zonder natte voeten te krijgen. We klauteren een pad omhoog op, dat naar de oude toren leidt. Het paadje is dicht begroeid met jeneverbes, blauwe bessen en andere struiken. Verderop zien we de volgende baai met opnieuw grotten. Op de parking terug zien we zo waar een Duitse camper. We hebben nog niet één Nederlandse camper gezien. Goed vijf uur lopen we nog even naar een mini-supermarktje om Gorgonzola voor de salade te halen. We genieten trouwens elke dag van de Italiaanse producten: o.a. mozzarella, rucola, provolone-kaas, amaretto en sambucca.

Verse groentes en fruit zijn volop verkrijgbaar. Heel veel artisjokken….ik ken echter niet een recept ermee….We zagen trouwens bij een van de winkels Nederlandse Maasdammer kaas liggen voor 4,95 per kilo! Opvallend is het aantal zwerfhonden en katten dat hier rondloopt.

15 gennaio 2014…. Marina di Camerota - Cittadella del Capo.

Na een regenrijke nacht vertrekken we in grijs en nat weer om 9.15 uur. Lentiscosa is het eerste stadje, na vele haarspeldbochten en steil bergop rijden. Marina di Camerota verdwijnt achter ons langzaam in de diepte. San Giovanni a Piro is een behoorlijk uit de kluiten gewassen stad, die wij hier “in the middle of nowhere” niet hadden verwacht. Deze stad ligt hoog boven de Golfo di Policastro . Inmiddels zitten we weer tussen uitgestrekte olijfboomgaarden. Dan volgt de steile afdaling naar Scario, dat weer aan zee ligt. Ondanks het slechte weer zijn het grandioze uitzichten. Net voor Policastro Bussentino draaien we de S18 weer op, die hier vlak langs de kust loopt. Sapri op de kop van de golf, doet zijn best een beetje uitstraling te hebben, door een heel aardig park aan zee en even buiten de stad een redelijk grote jachthaven. De weg stijgt stevig, is bochtig en smal we krijgen we het ene na het andere adembenemende uitzicht voor de neus. Even later gaan we de provincie Basilicata in, dat hier een klein stukje kust heeft. Bij Cersuta krijgen we voor het eerst het grote Christusbeeld te zien, dat hoog boven Maratea staat.

We dalen af naar Porto di Maratea, dat een stevige dam heeft voor het, onder aan hoge rotsen gelegen, haventje. Boven op de berg staat het grote Heilig Hart beeld. We lopen er even rond.

Op het strand van Castrocucco vinden we een gigantische parking aan zee, maar een strandwandeling trekt nu niet: het giet! Even later zijn we in de provincie Calabrië.

We doen diverse pogingen om bij zee in Praia a Mare te komen. Dat wordt verhinderd door de spoorlijn met te lage tunnels. Uiteindelijk geven we het maar op en lunchen op een parking aan het spoor en bij zo te zien een opgang naar een “sanctuario”. Via de grote weg door naar een breed zwart strand net voorbij het eiland Dino. Hier zou camperservice moeten zijn, maar we vinden hem niet. De toilet moet namelijk nodig geleegd worden en we hebben water nodig. Een keimooie plek, maar nu in de stromende regen is het een grote modderboel, dus we wagen ons het terrein niet op. We vinden in Scalea tussen vele gesloten “Sosta Camper” plaatsen er toch een met de poort wagenwijd open. Er is niemand te vinden. Dan maar zonder toestemming de wc lozen en water tanken. Gelukkig is het inmiddels droog geworden en zien we een voorzichtig zonnetje. We rijden nog wat stadjes door en vinden uiteindelijk in Cittadella del Capo een parking aan een doodlopend straatje aan zee. Dit is een prima plek. Na een kop thee kuieren we eerst de “boulevard” zuidwaarts af, wat maar enkele honderden meters is. We worden aangesproken door 2 heren, Rafael en Dario, die we kort daarvoor al “buona sera” gewenst hadden. Een van hen spreekt wat Engels en we kletsen een tijdje over onze reis, voetbal (Cruyff, Van Basten…)en de mooie streek hier. Intussen zien we op zee de zon ondergaan achter een zware stortbui, maar die blijft ver weg zo te zien. De komende 2 dagen hebben we weer zon, weet Rafael, tenslotte.

We maken nog een rondje door het dorp boven en dan is het alweer donker.

16 gennaio 2014 Naar Nocera Terinese

De ochtend begint erg rustig en met volop zon. Om 10.00 uur starten we na een wat uitgebreidere poetsbeurt onder een strakblauwe lucht. We doen boodschappen bij de LIDL in Cetraro. We rijden naar Paola, waar we even pauzeren. Dan de S18 weer op. Om 13.00 kijken we even bij een aardige camperstop in Corica, die echter gesloten is. Iets verder komen we bij Catanzaro. We zoeken een mooi plekje aan zee aan de “boulevard” van Marina di Nocera Terinese. We lunchen er eerst. We zien aan de horizon een vulkaaneiland. We kijken op de kaart… dat moet de Stromboli zijn, die ligt ruwweg 77 km van hier. Daar we de laatste dagen opmerkelijk weinig de vuilwatertank hebben hoeven te lozen, controleren we deze even. Dan blijkt dat de afvoerpijp van het aanrecht los is geschoten: Water dat in het gootsteentje komt, ligt à la seconde op straat! De camper wordt op de blokken gezet en Nart lijmt het pijpje aan de bijbehorende knie en alles is weer picobello in orde. Ik doe even een handwasje en daarna is het tijd voor een strandwandeling. Eerst de ene kant op door het wat grijzige zand en daarna de andere kant via de boulevard, die onder centimeters dik zand is verscholen. Van het laatste deel van de promonade is de ondergrond door de zee weggespoeld en ingestort. We lopen nog even het dorp aan de andere kant van de S18 in, maar daar is nu absoluut niets te doen. Alles is dicht. Tegen de tijd dat de zon de horizon opzoekt, is de Stromboli een stuk duidelijker te zien en ook enkele van de Liparische eilanden. Het geeft erg mooie plaatjes.

17 januari 2014 Naar Vibo Valentia Marina via Gizzeria (Lido)

Vandaag gaan we eerst een stukje het binnenland in. Al gauw gaat het steil de berg op. Het is een smalle weg vol haarspeldbochten. De panorama’s zijn helemaal te gek! Al gauw zitten we boven de 500 meter. Hele velden vol met gele bloemen (oxalis) zien we hier. In Castiglione Maritimo rijden we ons vast. Dat wil zeggen :de weg houdt hier op. We draaien waar het kan en gaan terug. Iemand, die een klein beetje Engels spreekt, helpt ons weer op weg: Back until “Stop” on the road, right to Falerna, at “Stop” again right to Gizzeria. De weg blijft nog steeds stijgen….maar we komen in Gizzeria. We parkeren net buiten het dorp op een parking en kuieren onder belangstelling van de plaatselijke bevolking dwars door het pittoreske dorp. Om hier te wonen moet je wel topfit blijven, anders kom je nergens. Vooral de vele zij(trappen)straten zijn gruwelijk steil. Halverwege het dorp, ontdekken we een bronzen standbeeld van Padre Pio, die zo blijkt het maar weer eens, een zeer populaire heilige is in Italië. Als we de hoofdstraat heen en terug gelopen hebben, rijden we er door. Het is even passen en meten, want natuurlijk staan er auto’s geparkeerd op plaatsen waar het eigenlijk niet mag. Een drie kwartier later zijn we weer beneden aan zee bij Gizzeria Lido. Er staat op de parking een Duitse camper en nadat we hebben gegeten maken we een wandelingetje langs het strand. Ook hier heeft de zee een flink stuk van de kust opgevreten: hele stukken van de boulevard zijn weggeveegd. Grote rotsblokken zijn nu een provisorische bescherming tegen verder verval. Sommige barretjes staan dan al op de rand van de “afgrond”. Na deze korte wandeling lopen we bij de buren aan en krijgen van deze ervaren Italië- èn Siciliëgangers een aantal tips. Zij komt met enkele boekjes over Calabrië aan, die we in kunnen kijken. Dan gaan we weer verder. Het gaat om het vliegveld van Lamezia Terme heen door volkomen vlak tuinbouwgebied. Vervolgens nemen we de kustweg naar Pizzo, een interessante oude stad. Maar een parkeerplaats vinden we er niet. Dus gaat het verder naar Vibo Valentia Marina, waar aan de haven een perfecte overnachtingplaats is. Een Nederlander spreekt ons aan als we er rond kijken. Hij vertelt hoe hij hier verzeild is geraakt en sinds 5 jaar hier woont. Wat later wandelen we een rondje langs de haven en een stukje door het stadje. Bij de havenmeester van Marina Carmelo krijgen we, na identificatie, gratis de code voor de WIFI. ’s Avonds kunnen we dus onze mails lezen en de verhalen en foto’s op reismee zetten. Op mijn bankafschrift zou nu een nieuwe inlogcode moeten staan om de telefoon op te waarderen, maar die is er niet!!

18 januari 2014…….. 27 kilometer verder via Briatico naar Tropea

We vertrekken tegen elven nadat we nog even met Niels en Myrthe hebben geskypt, wat niet zonder horten of stten verliep. In Vibo Valentia zien we een Conad waar we meteen maar even de weekendboodschappen doen. Als we bij het haventje van Briatico zijn gaan we eerst een flinke strandwandeling maken. De zon schijnt en de temperatuur loopt op tot boven de 20 graden. Er zitten veel meeuwen op het strand en we komen weides vol met gele Oxalis tegen. Ik pluk een bosje voor in de camper. Na de lunch rijden we door naar het 16 km verderop gelegen Tropea. Volgens onze Capitool gids een van de meest pittoreske plaatsjes aan de Thyrrheense kust van Calabrië. Het oude gedeelte van het stadje ligt op een klif tegenover een rots die vroeger een eiland was en boven op die rots staat een voormalige Benedictijner kapel: Santa Maria del Isola. Ook zijn er tal van andere interessante gebouwen te bewonderen. We vinden een perfect rustig overnachtingsplekje aan de haven. We bekijken eerst de haven en omgeving en gaan tegen de schemering nog even naar het centrum…een heleboel trappen op! Het ziet er inderdaad mooi oud uit; morgen maar eens goed bekijken. Het centrale plein is druk met spelende kinderen, pubers met telefoontjes en keuvelende ouders. Er zijn veel restaurantjes en barretjes open. Een gedeelte van het oude centrum is verkeersvrij.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!