Venetië en weer naar huis..
Zaterdag 15 maart 2014 Via Chioggia naar Venetië
Vandaag rijden we op ons dooie gemak naar Venetie, zo’n 100 km. Eerst even de weekendboodschappen in huis halen bij een Lidl. We slaan meteen een voorraadje wijn in voor thuis: o.a Barbera en Merlot de Veneto. We maken even een ommetje via Chióggia, een stadje waar ook veel kanaaltjes doorlopen. Het is er vreselijk druk en een parkeerplaats kunnen we dus wel vergeten. Het weer is goed van temperatuur, maar het is wat nevelig, wat wel een mooi effect geeft op de vlaktes met riet en populieren. Net na 13.00 uur zijn we op camping “La Venezia”in Mestre. Van daaruit kunnen we met de bus in 10 minuten in Venetie zijn. Helaas is de receptie tot 14.00 uur dicht zodat we voor de poort even de middagpauze nemen. We checken dan in, krijgen een plattegrondje, instructies over de bus en kopen meteen buskaartjes. Er staan redelijk wat campers; de plek is ideaal voor Venetië bezoek, voor de rest is er hier in de omgeving niet veel te doen. Dat ervaren we als we een rondje buiten de camping maken. Er ligt vlak bij een immens recreatieterrein met fiets/wandel/skate paden, sportvelden en picknickplaatsen. Voor de rest alleen maar autowegen. We hebben op deze camping stroomaansluiting, internet, verwarmd sanitair, pizzeria en er is zelfs een jacuzzi en bubbelbad. We zijn klaar voor Venetië.
Zondag 16 maart 2014 Bezoek aan Venetië
We nemen tegen tienen de bus naar Piazzale Roma Venetië, het busstation van de stad, net na de brug. Veertig jaar geleden was ik hier al eens. Toen met een groepje van 6 rugzakkers al liftend, treinend en bussend op weg naar Athene. Ik herinner me nog dat het snikheet was en we veel van ons toch al krappe vakantiebudget kwijt waren aan een hotelletje. Maat Venetië vonden we helemaal te gek! En dat is het nog steeds! Venetië is één groot (water)museum met prachtige kanalen, bootjes, kerken, paleizen en pleinen. Tot laat in de middag zwerven we door straatjes, over bruggetjes en pleinen en proberen zo veel mogelijk de grote massa toeristen te omzeilen. Dat lukt aardig, behalve natuurlijk op het San Marcoplein, waar dikke rijen zich verdringen voor de ingang van het Palazzo Ducale, de Basilica San Marco en de Campanile. Op de kade rusten we wat uit op een stapel vlonders (voor als het water weer eens over de kade heen spoelt) , eten onze broodjes en kijken naar de voorbij flanerende mensen. ‘s Middags doorkruisen we dan nog de wijk Accademia, Dorsoduro en Santa Croce. Al met al een aardige tippel, die we afsluiten met een heerlijk ijsje. We rusten lekker uit en gaan ’s avonds een pizza eten in het restaurantje van de camping. Morgen begint dan echt de weg naar huis.
Maandag 17 maart 2014 Venetië naar Schwaz (Oostenrijk)
In de mist verlaten we de camping in Mestre om 9.00 uur. Tot aan Treviso rijden we in een lange file. Een dik uur later is de mist verdwenen en schijnt de zon weer. Onze route gaat eerst door het dal van de Piave naar Feltre. Net daar voor zien we de eerste met sneeuw bedekte toppen van de Dolomieten. Dan richting Trento, het dal van de Brenta en langs de meren van Levico en Caldonazzo. Bij de laatste houden we een korte rustpauze. Dan verder noordwaarts naar Bolzano. Lunchpauze met korte wandeling net na Chiuso. Daarna gaat het langs de Adige naar de Oostenrijkse grens. In Vipiteno/Sterzing gaat Nart even pinnen en doe ik bij de naast gelegen SuperSpar wat inkopen. We tanken en kopen een vignet. Een eind verder moeten we nog eens €8,50 betalen voor de Brennerautobahn! Het vignet geldt pas vanaf Innsbruck-Süd! Vanaf daar rijden we richting München en bij Schwaz gaan we de autobaan af, en zijn om 17.00 uur op de camperplaats, een rustige parking net over de Inn. We maken een rondwandeling door het gezellige dorpje en kletsen even met een Australisch stel dat in een in Amsterdam gehuurde camper door de Alpen toert en ook de nacht hier doorbrengt.
Dinsdag 18 maart 2014 Van Schwaz (O) naar Aschaffenburg (D). (530 km)
Om 9.15 zijn we weg uit Schwaz met 7199 km op de teller en onder een stralend heldere hemel. De minimumtemperatuur was vannacht 7,9°C op 550 m hoogte. Het schiet goed op op de snelweg en we zijn in een dik uur München voorbij. De bergen zijn geslonken in hoogte en aantal. De radio is sinds lange tijd weer eens aan en we horen meer over de Russische overname van de Krim. Verder over dat Maleisische vliegtuig, dat met 292 passagiers boven de Zuid Chinese Zee is verdwenen. Tegen enen gaan we van de 8 over naar de 7 naar Würzburg. De lunchpauze hebben we op een oersaaie Autohof bij Ellwangen. Om drie uur steken we voor de eerste keer de Main over. Dat gebeurt daarna nog een paar keer. We kiezen een camperplaats aan de Main vlak bij een oud centrum; daar is meestal nog wel wat te zien. Het wordt Aschaffenburg. Uiteraard lopen we een rondje door het centrum van deze stad, dat er heel aardig uitziet met o.a. het zeer dominante Schloss Johannisburg. Maar ook de vele vakwerkhuizen, de winkelstraten, een paar kerken en het brouwerijmuseum maken de wandeling interessant. Één ding valt ons Calabrië-bezoekers op: Er is hier een staking bij de openbare dienst aan de gang, hetgeen resulteert in grote stapels vuilniszakken in de straten. De zon gaat vandaag sterk oranje gekleurd naar de horizon, er is zo te zien flink wat smog in de lucht. Wel een mooi plaatje! Morgen de laatste 530 kilometers naar huis.
Woensdag 19 maart 2014 ---->>> Waalre
We kunnen vandaag goed opschieten en rijden de laatste kilometers naar huis, waar we rond twee uur aankomen. Wat heerlijk dat ook hier de zon schijnt. Camper uitpakken, alles opruimen, best veel te doen.. Leuk er liggen nog wat kerstkaartjes en een stembiljet. Oei, de meterstanden hadden moeten worden door gegeven en we maken een afspraak met ons camperbedrijf om het achterdeurslot te repareren. En dan weer over tot de “thuis” activiteiten….wandelen, volleybal, biljarten en het belangrijkste: de kinderen en kleinkinderen, familie en vrienden en kennissen weer zien!
Verder langs de Adriatische kust
Dinsdag 11 maart 2014 The day after… Francavilla al Mare – Pescara – Civitanova Marche
We zijn vandaag nog wat slapjes, ik ten minste wel. Laat in slaap en vroeg wakker. We vervolgen onze weg in noordelijke richting over de Strada Statale Adriatico en gaan op zoek naar een internetpoint. Dat vinden we tegen de middag bij een groot winkelcentrum in Grottamara. Ondertussen hebben we gemerkt dat de achterdeur, die we gisteren in het slot hebben geduwd, met geen mogelijkheid meer open kan! We filosoferen er nog steeds over hoe het allemaal zo snel heeft kunnen gebeuren en ook hoe?? De extra balk die er op zit is met grote schroeven bevestigd. Daar moet grof geweld bij gebruikt zijn maar we vinden geen andere schade dan die aan het sleutelgat zelf. Na enkele uurtjes achter de laptop te hebben door gebracht gaan we weer door en vinden na wat zoeken bij Civitanova Marche een plek aan de brede en lange boulevard langs het strand. Ja we zijn al in de provincie Le Marche ( De Marken) aan gekomen. We strekken de benen door een flink eind te wandelen tot en met de haven. Er is hier ter plekke wifi (een uurtje per 24 uur gratis) en we kunnen nog wat reacties lezen en wat mail beantwoorden. Helaas werkt skype niet…
Woensdag 12 maart 2014 Bezoekje aan Parco Regionale del Monte Conero, Ancona voorbij en stadsbezichtiging in Fano.
We zijn weer een beetje van de schrik bekomen en beseffen wat een ontzettend geluk we hebben gehad; dat we zo goed zijn geholpen door de dame in de auto, door de gemeentepolitiemensen, en dat mijn tas zo snel door de vinders naar de Carabinieri is gebracht! We gaan proberen toch elke dag te genieten van de mooie dingen die we nog tegen komen. We maken een wandeling bij het schilderachtige Portonovo dat in het regiononaal park Monte Conero ligt. De hoge kliffen van dit schiereiland vormen de enige onderbreking van de uit zandstrand bestaande kust van Le Marche. We rijden vervolgens naar beneden naar Ancona waar we in de haven de supergrote veerboten zien liggen, iets verder op houden we aan het strand onze middagpauze. Dan door naar Fano. Volgens de Capitoolgids onderscheidt het zich van de vele andere badplaatsen hier aan de kust door zijn mooie centrum met antieke gebouwen. En dat klopt helemaal! We vinden op nog geen 200 meter van het centrum een prima camperplaats, waar we weer eens andere camperaars zien. We wandelen een paar uur door het inderdaad mooie oude centrum en eten tot slot een “biologisch” ijsje bij een drukke gelateria waar het een komen en gaan van liefhebbers is.
Donderdag 12 maart 2014 Via Rimini naar Ravenna
We gaan vandaag Ravenna bezoeken. In Rimini zien we het grote reuzenrad aan de boulevard en verder heel veel hotels, strandtenten en restaurants. Er wordt druk gepoetst, geverfd en geveegd om alles weer klaar te maken voor het komende toeristenseizoen. In Ravenna vinden we een camperparking waar al 4 campers staan. We sluiten aan en gooien €2,25 in de automaat, de prijs voor 24 uur parkeren inclusief service. Het is maar 500 meter naar het centrum en van half 2 tot half 5 doorkruisen we deze stad, beroemd om z’n vroegchristelijke mozaïeken. Voor €11,50 pp kopen we een passe-partout voor de gebouwen waar de mozaïeken te zien zijn. In de Basilica San Vitale vallen naast de schitterend wanddecoraties ook de vloermozaïeken op. Ook in het kleine Mausoleo di Galla Placida is een prachtig mozaïek te zien: De goede herder. Zowel in de Battisterio Neoniano als de Battisterio degli Ariani is de koepel versierd met afbeeldingen van de Doop van Christus. De Tombe van Dante, die hier in 1321 stierf, is een mooi klein gebouwtje. Het hoogtepunt vond ik de 6de eeuwse San’Apollinare Nuovo kerk. Een rechthoekig gebouw met aan weerszijden 13 bogen op pilaren met daarboven 2 magnifieke rijen met mozaïeken. Er staan geen stoelen of banken in deze kerk zodat je makkelijk van de ene naar de ander zijde kunt lopen en bijna kramp in je nek krijgt van het kijken naar de fantastische afbeeldingen. Het was een schitterende dag mede dankzij de zon die behoorlijk zijn best deed vandaag. Nog zo’n 150 kilometer en we zijn in Venetië!
Vrijdag 14 maart 2014 Ravenna – fietstocht Podelta - Bosco Mesola
Al vroeg zijn we op pad; het weer is nog steeds schit-te-rend! We rijden Ravenna uit weer richting zee. Het is hier aanzienlijk drukker op de weg met veel vrachtverkeer. We bezoeken een natuurparkje waar een duingebied is te bezoeken dat 12 kilometer landinwaarts ligt. Net na de middag zijn we op de camperplaats in Bosco Mesola, midden in het natuurgebied van de Podelta. Voor een tientje kunnen we hier overnachten en we krijgen er 2 fietsen gratis te leen bij. Na de boterham stappen we op; we krijgen een kaartje van de omgeving mee. Het eerste stuk gaat nog via een vrij drukke weg, daarna is het fiets/wandelroute. We rijden langs de Po, steken een pontonbrug over en gaan aan de overkant verder tot helemaal aan de zee, waar een vuurtoren staat (Bocca dei Po di Goro). Bij een klein barretje houden we pauze met cappuccino en rode wijn. Dan gaat het via een omweggetje terug naar de brug. Er zijn massa’s aalscholvers, kleine reigers, waterhoentjes, meerkoeten en ander eendenspul te zien. Als we terug zijn, tegen half zes hebben we zo’n 36 kilometer gereden. Een heerlijke dag was het!!
Update tot en met 10 maart.....slecht en goed nieuws.....
Maandag 3 maart 2014. Langs de Golf van Táranto naar Campomarino.
Gisteren avond was het nog lang rumoerig op dit pleintje aan zee. Er kwamen steeds mensen met hun auto een rondje rijden. Een jong stel maakte in hun geparkeerde auto luidkeels ruzie enige tijd. ’s Morgens schijnt de zon weer volop. Tegen tienen rijden we weg. Na drie kwartier zijn we de provincie Basilicata al weer uit en rijden we Puglia (Apulië) in. Bij Marina di Ginosa zoeken we een winkeltje en kopen in voor de lunch. Het mislukt hier om bij zee te komen vanwege een te lage spoortunnel. Om 12.30 rijden we door het centrum van het heel aardig uitziende Taranto. Rechts is de Mare Grande, een grote baai voor de stad, die van zee afgeschermd wordt door een lange pier en 2 eilanden. Links zien we hoge gebouwen ( de Duomo en het Palazzo del Governo) en in een flits het binnenmeer Mare Piccolo. Zoals steeds in grote steden is parkeren onmogelijk. Om 13.00 uur stoppen we aan een klein haventje voor de lunch net voorbij Marino di Leporano aan een lage zwaar geërodeerde rotskust. Daarna komen we door een lange sliert van slapende badplaatsen met vele vakantiehuizen, campings en gesloten horecazaken. De kust gaat van rotsplateaus over in zandstrand en duinen. Om 15.00 uur stoppen we net na Campomarina op een parking aan de doorgaande weg voor een earthcache. We lopen een natuurpad over de duinen en zoeken wat info op de diverse bordjes die iets vertellen over de duinen en de planten die daar staan. Vervolgens kijken we aan de haven van Campomarino. Op de weg terug zien we een U-vormige zijstraatje, waar enige vakantiehuizen staan. Dit wordt een prima plek voor de nacht, direct tegen de duinen aan.
Dinsdag 4 maart 2014 Verder naar de hak van de “laars”.
Het heeft flink geplensd vannacht en als we vertrekken druppelt het nog wat na. Verschillende doorgaande straten staan blank; regenputten kennen ze hier niet. Gelukkig zijn er geen omleidingen. Als we in Gallipoli zijn gearriveerd is het droog en breekt de zon door…wat een mazzel! We vinden een parkeerplaats op de uiterste punt bij een grote haven….alweer mazzel. We bekijken het schiereiland en de vele haventjes en het historisch centrum. Smalle straatjes, mooie paleizen en heel veel kerken! Heel leuk om er rond te dwalen. Na de lunch rijden we verder, de kust langs. Ook hier weer veel vakantiedorpen, nu volkomen verlaten. Het is alweer een week geleden sinds de laatste update op Reismee, en we hebben het er net over als er langs de kant van de weg, bij een nieuw aan te leggen boulevardplein een bord staat dat op deze plaats gratis wi-fi is. We kunnen het bijna niet geloven maar proberen het toch en ja hoor…goede verbinding…alweer mazzel! Als Nart dan ook nog een waterkraan vindt iets verder op om onze watertank weer aan te vullen, filosoferen we wat over het mazzel hebben van vandaag. We vinden in Torre di San Giovanni een mooi overnachtingsplekje aan de haven. Er vlak naast begint een wandelroute langs een aantal binnenmeertjes, dus we stappen meteen op. Eerst langs het strand en dan via een andere weg terug. En hier houdt de mazzel dan op voor vandaag want als ik een potje wil gaan koken blijkt de gastank leeg te zijn… stom, stom, stom, helemaal niet opgelet dat het alweer meer dan een maand is geleden dat we getankt hebben…. Nou is het koken geen probleem want we hebben altijd een klein gastankje plus brander bij ons, maar de koelkast heeft ook gas nodig. En verwarming? Och waarschijnlijk niet nodig en anders kruipen we er maar wat vroeger in. Hopelijk vinden we, met wat mazzel, morgen in de buurt een LPG station.
Woensdag 5 maart 2014 De bocht om bij Marina di Leuca
Bij een benzinestation net buiten Torre di Giovanni informeren we waar een LPG/GPL tankstation is. De jongeman wijst het ons aan op de kaart: een kilometer of 13 het binnenland in bij Casarano. We rijden door Ugento (een wirwar van eenrichtingsstraatjes) en vragen daar nog een keer. Vier kilometer recht door zegt de pompbediende. We vinden het dan gemakkelijk en tanken gas en meteen diesel vol (de diesel kost hier €1,74/liter!). Dan rijden we weer terug naar de kust en komen in Marina di Leuca, de uiterste punt van Puglia, helemaal in de hak van de laars. Als je van hieruit pal naar het oosten zou varen kom je uit in het zuiden van Albanië, in zuidelijke richting: Libië. We wandelen het (bijna uitgestorven) stadje door. Er staan wat opvallende villa’s in aparte bouwstijl. Ze zien er onbewoond uit. We rijden dan langs de haven omhoog richting de vuurtoren. We willen natuurlijk ook echt op het aller verste punt staan. Naast de vuurtoren ligt de bedevaartskerk van Santa Maria di Leuca aan een groot plein met een hoge pilaar. We parkeren er vlak naast. Nadat we er hebben rond gekeken en geluncht in het zonnetje gaan we echt de bocht om. Vanaf nu rijden we alleen nog maar in noordelijke richting. De kust is meteen heel anders hier aan de oostkant: hoge rotskust, grillige inhammen en ook de weg loopt hoog boven zee. Op de kaart is deze route helemaal groen ingekleurd en dat klopt helemaal; schitterende uitzichten. De stadjes daarentegen houden dezelfde winterslaap als aan de westkant. We stoppen in Santa Cesarea Terme. Zoals de naam al doet vermoeden zijn hier thermaalbaden, welness-zaken en beautysalons. Maar nu even niet: alles is dicht. De zwavellucht hangt er nog wel. Ook hier wat oriëntaals aandoende gebouwen en hotels, sommige met Arabisch opschrift. Een ruime parking vlak boven zee en tegenover een groot blauwwit geschilderd appartementengebouw wordt onze overnachtingsplek.
Donderdag 6 maart 2014 Santa Cesarea Terme – Lago di Bauxite (Otranto) – Torre Vecchia – San Cataldo.
Al vroeg wakker vanwege drie ronkende streekbussen op het plein….Om 9.30 uur wordt onze motor gestart en zijn we weer op weg. We komen over een kale hoogvlakte met enkele kapen.
Net voor Otranto slaan we af naar een voormalige bauxietmijn. Daar doen we een earthcache en zoeken bauxietbolletjes bij de nu met water gevulde voormalige dagbouwmijn. We hebben onze laarzen aangedaan vanwege de natte rode modder. En die komen onder een dikke koek van deze taaie grond te zitten. We hebben dan ook aardig wat werk om die klei weer enigszins te verwijderen. Via de haven van Otranto rijden we om deze stad heen weer noordwaarts. Dan gaat het verder naar een archeologisch terrein bij Torre Vecchia met enige kreken, die in de zandsteenrotskust zijn gesleten. Opnieuw een prachtig stukje natuur. Door uitgestrekte olijfboomgaarden bij Campo Verde rijden we even de route af en kijken bij Oasi Cesine , een WWF-natuurgebied, dat nu dicht is. Je kunt er alleen na afspraak tussen 10.00 en 13.00 onder begeleiding wandelen. We rijden door naar San Cataldo, waar in de buurt van de vuurtoren parkeergelegenheid is voor campers. Het ligt 15 km van Lecce af dat we morgen willen bezoeken. Tijd voor thee. Vervolgens kuieren we een flink eind langs “boulevard” en het strand. Opvallend zijn hier een aantal gebouwen met twee verdiepingen die kleine kamertjes hebben. Kleedhokjes?? Een groot bos annex park aan de andere kant van de weg is hermetisch gesloten. Jammer, want verder is San Cataldo niet heel erg interessant.. Echt weer zo’n zomerdorp. Of het moet een man zijn die met een groot schepnet tussen de posidonia zit te “vissen”. Als we op de weg terug naar de camper weer langs komen, zien we twee grote plastic bakken met zijn vangst: Posidonia met krioelende veelpoters van enkele centimeters lang. Aas om mee te vissen?
Vrijdag 7 maart 2014 Bezoek aan Lecce en Brindisi voorbij
Niet alles loopt zoals je had bedacht…. De camperplaats in Lecce die in 2 van onze gidsen staat en waar vandaan we Lecce willen bezoeken blijkt (voorgoed? tijdelijk?) gesloten. Dan rijden we op goed geluk richting het oude centrum via een brede ringweg en vinden naast de universiteit en een stadsmuur een perfecte parkeerplaats. Wel even een ticket kopen in de automaat en dan kunnen we op pad. De vele gebouwen in de 17de-eeuwse barokstijl hebben Lecce de bijnaam “Florence van het zuiden” bezorgd. De uiterst decoratieve stijl is te danken aan de gemakkelijk te bewerken steensoort: Pietra di Lecce. Eerst halen we bij het toeristenkantoor, dat in een mooi aangepast gebouw, vlak naast het Romeinse amfitheater huist, een stadplattegrondje, zodat we weten waar we blijven. We volgen min of meer de route uit onze Capitoolgids en bekijken een tiental prachtige kerken en paleizen, waaronder de Duomo en de Santa Crocce met zijn beroemde roosvenster en steunfiguren. De oude stad heeft leuke straatjes met mooie winkeltjes en doet ons aan Sienna denken. In het park tegenover de Palazzo dei Celestini (waar het provinciehuis in is gevestigd) eten we onze meegebrachte broodjes op onder de toeziende ogen van tientallen bustes van beroemde Italiaanse wetenschappers. Tegen tweeën hebben we genoeg gezien en vervolgen onze reis. We rijden Brindisi voorbij via een snelweg. Er is hier geen doorgaande weg vlak langs de zee. We vinden een rustig plekje voor de nacht, vlak aan het strand naast een gesloten pizzeria, in Specchiola, een van de vele winterslaapstadjes.
8 maart 2014 Specchiolla via Bari naar Barletta
Met een korte stop in Monopoli, waar we aan zee de rotsen zien waar de speciale steensoort wordt uitgehakt om mee te beeldhouwen, en een Lidl voor de boodschappen, rijden we naar Bari voor een bezichtiging van de oude stad. We kunnen parkeren aan de grote boulevard bij de haven, waar de grote veerboten vertrekken naar Kroatië en Griekenland. Gedurende anderhalf uur bekijken we het historische centrum van de stad. De Basilica de San Nicola werd in 1087 onder Normandisch bewind gebouwd. De hoofdingang heeft snijwerk op de deurstijlen en een mooie boog. In een crypte liggen de stoffelijke resten van Sint-Nicolaas, de beschermheilige van de stad. De Cattedrale met grote koepel en hoge toren is helaas dicht en kunnen we dus niet van binnen bekijken. Het is leuk om door de (autovrije) smalle straatjes rond te dwalen; overal hangt de was te wapperen en het is er erg rustig (siëstatijd). We wandelen om het kasteel heen dat er degelijk en goed onderhouden uitziet. Via de haven lopen we weer terug. Tegen half vier laten we Bari achter ons en gaan de kustweg weer opzoeken voor een overnachtingsplaats. Hier zijn de stadjes die we tegen komen wel het hele jaar bewoond en vrij druk. De haven van Trani blijkt afgesloten te zijn; op zee krioelt het van de zeilbootjes…een wedstrijd? Tenslotte eindigen we de dag in Barletta waar we vlak bij de vuurtoren aan de haven een parking vinden. We zijn nu officieel aan de Adriatische Zee gekomen; het zuidelijke gedeelte wordt Ionische Zee genoemd.
Zondag 9 maart 2014 Promontorio del Gargano
Zo wordt het schiereiland genoemd waar we vandaag door rijden. Het is een compleet Nationaal Park en eigenlijk de “spoor” van de laars; de kust is bezaaid met grotten en rotsen en de kustdorpen zijn populaire vakantiebestemmingen. Als we via de boulevard Barletta uitrijden wemelt het daar van de trimmende, joggende en wandelende mensen. Na Margherita di Savoia komen we langs een uitgestrekt gebied met zoutpannen waar flamingo’s grazen. In Manfredonia staan op alle hoeken van de straten buurtende mannen. Eenmaal de stad uit rijden we langs de voet van de bergen met zicht op de zee tussen de olijfgaarden door. De uitzichten zijn geweldig voor de rest van deze rit. Steeds zien we grillige kusten, kapen en eilandjes. De wegen zijn er prima maar uitermate stil en rustig. In Porto di Mattinata wandelen we naar het haventje en het strandje en lunchen er. Na Mattinella komen de bossen van het Foresta Umbra. Vieste ligt tegen een witte rots aan zee geplakt. Alle parkeermogelijkheden voor campers zijn er dichtgespijkerd. We slingeren ons via een goede weg naar Peschici. Onderweg passeren we tientallen vakantieparken, campings en resorts. Net buiten Peschici proberen we even te stoppen bij de veerhaven voor Isole Trimiti , maar die is vrij klein en relatief druk. Uiteindelijk vinden we een mooi plekje vlak voor San Menaio op een platje tussen het spoor en het strand. Het is genoeg voor vandaag. Natuurlijk lopen we nog wel een eind over het strand en via de weg terug. Op één na zijn alle barretjes en restaurants gesloten.
Maandag 10 maart 2014 via-à via -à via --->>>> Carabinieri ! Francavilla al Mare
Nou dat was me het dagje wel vandaag, eindigend op het bureau van de Carabinieri in Francavilla huppeldepup. Wat een toestanden. In Termoli willen we bij een groot winkelcentrum dat ook camperservice heeft even brood kopen en lozen. Als we er uiteindelijk, na een paar keer verkeerde afslagen genomen te hebben, zijn blijkt het lozen prima te lukken en het winkelcentrum compleet gesloten (Failliet???) We rijden door verder langs de kust, hebben ondertussen de provincie Molise achter ons gelaten en zijn dan in Abruzzo. Bij Ortona zien we een bord MD supermarkt en we volgen het helemaal naar boven waar het centrum ligt. We kopen brood en nog wat en willen de weg vervolgen, weer naar zee. Helaas blijkt die afgesloten…en we rijden wat rondjes om weer op de goede weg te komen…lukt niet. Dan maar aan de andere kant het stadje uit en via een grote omweg weer terug op de route. Dan gaan we op zoek naar een overnachtingsplaats. Bij het volgende dorpje (Lido Riccio)… geen kans; de spoorlijn ligt te laag of wij zijn te hoog. Vlak voor Francavilla al Mare zien we een afslag(je) naar “Mare”(zee dus). Bij een gesloten restaurant parkeren we naast een paadje naar het strand. Er staat nog een geparkeerde auto met een telefonerende dame erin. We kletsen even met een oude man met een sigaartje, die weet te vertellen dat dit restaurant al lang dicht is, maar dat verder op links en rechtdoor nog wel een ander goed restaurant is. We zijn helemaal niet op zoek naar een restaurant en lopen een stukje langs de weg en weer terug. Hier is niet veel interessants te zien. Na 20 minuten zijn we daar weer. We stappen in. Er staat op het paadje half achter een struik een man wat vreemd ons in de gaten te houden. Als ik mijn tas wil pakken, zie ik hem niet! Hè, ik weet toch zeker dat ik hem op de bank heb gelegd…. We zoeken alles af. Laten liggen in de supermarkt? Kan niet, ik heb hem altijd om. De schrik slaat ons om het hart. Portemonnee met bankpas, creditkaart, paspoort, rijbewijs, telefoon….WEG?? Ik loop naar de dame die nog steeds in haar auto zit en zicht heeft op de voorkant van de camper en vraag of ze iemand heeft gezien bij de camper. Ik leg uit dat mijn tas weg is en dat ie misschien nog in de supermarkt in Ortona ligt. Ja ze heeft wel een paar mensen gezien maar er niet goed op gelet. Ze gaat meteen bellen. Nee, daar is niks gevonden. Dan belt ze voor ons de politie. We vragen ons af hoe iemand binnen is gekomen en lopen nog eens, met de inmiddels gearriveerde gemeente politieagent, om de camper heen. Dan zien we pas dat het achterdeurslot is open gebroken, dusdanig dat zelfs de extra beveiligingsbeugel er af gewrongen is. SHIT!!!! In die korte tijd! Er komt nog een politieauto, nu met een agent die ook Engels spreekt en we leggen nog eens alles uit. We moeten aangifte gaan doen bij de Carabinieri. Ondertussen is Nart al eens op het strand gaan kijken of daar misschien de (lege)tas is weggegooid en ben ik helemaal misselijk van de paniek. Alles weg!!! We rijden achter de gemeentepolitieauto aan naar het bureau van de Carabinieri. Daar komen net twee mensen uit die even praten met de agent. De agent zegt dat deze mensen net mijn tas, die ze op het strand hebben gevonden, binnen hebben afgeleverd. Volgens hen zat de portemonnee met pasjes er nog in. We kunnen het bijna niet geloven, we schudden de man van het stel de hand en ik zoen hem drie keer!!! We gaan naar binnen en moeten even wachten. Ondertussen zijn we nog steeds min of meer sprakeloos…hoe is het mogelijk en wat een ontzettende MAZZEL hebben we hiermee. Dan wordt het proces-verbaal opgemaakt, waarbij de Engelsprekende agent steeds vertaalt, zodat alles er goed in komt te staan. Ik krijg mijn tas, ja het is ‘m echt en controleer de inhoud. “Alleen” het geld (zo’n 120 euro) en mijn gsm is weg; alle pasjes en documenten er zitten gelukkig nog in!!! We bedanken iedereen en de Engelse agent zegt dat we gerust vannacht hier voor de deur kunnen overnachten en dat doen we dan ook. Nart maakt het deurslot provisorisch (hij kan niet meer op slot worden gedraaid). Het is al tegen negenen, als we weer een beetje zijn bijgekomen van alles, en we lopen nog even de straat uit om bij een afhaalviswinkel wat risotto en een visje te kopen. Veel trek heb ik niet, maar het smaakt toch prima.
Giardini Naxos.....Toarmina.....en afscheid van Sicilila
Maandag 24 februari 2014. Giardini-Naxos.
Om 8.30 uur springt Nart uit bed, trekt snel wat aan, want de bakker komt toeterend voorbij. Nart komt terug met 4 broodjes, hij hoefde vandaag niet te betalen want de bakker had niet terug van €50,00. Om 12.00 lopen we naar een supermarkt aan de doorgaande weg voor wat verse groente. We babbelen wat met de buren, de meeste komen hier overwinteren. Ze kennen elkaar allemaal, het is net een dorpje op zich. We hebben intussen een tuinsetje gekregen en een grote groene mat om de inloop van lavazand in de camper tegen te gaan. De service hier van Eden Parking is super! We krijgen een kaart van de omgeving en informatie over de bus naar Taormini, waar we morgen heen willen. Tegen half 3 stappen we op om de kust en strand aan de noord-oostzijde van Giardini Naxos te verkennen. Over het strand heen is er zicht op het hoog gelegen Taormina en Castelmola. Daar moet geweldig zicht op de Etna en de kust zijn.
Voor nu lopen we een stukje over het kiezelstrand en als dat te smal wordt, langs de boulevard . Giardini Naxos zelf is niet erg spectaculair, maar wandelen langs de kust staat ons altijd wel aan.
Om 15.30 zoeken we een roestig bankje uit aan het haventje van Portocciolo Saia. We genieten van de zon en de omgeving. Tegen vier uur lopen we weer terug, eerst via de parallel aan de zee lopende straat ,later weer over de Lungamare. Zoals gezegd heel bijzonder is Giardini Naxos niet. Wel valt op dat er overal zwart lavazand ligt, alsof er regelmatig het een en ander uit de lucht komt vallen….Om 16.40 zijn we weer terug op de camperplaats en zitten daar nog een tijdje in de zon. We kleppen wat met de Duitse buurman van 76. Hij vertelt dat hier in december lavakorrels van zo’n 1 cm in doorsnee naar beneden zijn gekomen. We worden van andere plekken op Sicilië herkend door een Italiaanse, die dat nog even komt melden. Ze noemt een reeks aan plaatsen op, waar ze ons en onze camper gesignaleerd heeft! Als de zon ondergaat wordt het rap fris en gaan we naar binnen. Dan krijgen we nog het meest spectaculaire van de dag te zien. Net iets onder de top van de Etna zijn nu duidelijk gloeiende lavastromen te zien! Dankzij Narts superzoom camera lukt het hem ook nog dat te fotograferen. We skypen nog een half uur met Niels en Myrthe, en kleppen wat bij. Nart blijft naar buiten lopen voor nieuwe foto’s…..
Dinsdag 25-02-2014 Taormina
Om kwart voor 10 stappen we in de bus naar Taormina, de bekendste badplaats van Sicilië met mooie zandstranden en helder water. Het ligt een kilometer of 6 ten noorden van Giardini Naxos hoog boven op de rotsen. De weg gaat met flinke haarspeldbochten er naar toe. De bus die uit Catania komt zit aardig vol toeristen en ook boven in het centrum lopen reisgezelschappen onder leiding van een gids door de straten. Het hoogtepunt hier is het Griekse theater gebouwd in de 3e eeuw v.C. en opmerkelijk goed bewaard gebleven mede doordat de Romeinen het een paar eeuwen daarna nog eens hebben verbouwd. We zwerven er een tijdje rond; het zicht op de Etna is grandioos, ook al hangt er wat bevolking omheen…duidelijk zijn de rookpluimen uit de kraters te zien. We lopen door de winkelstraatjes (met veel dure winkels), bekijken de Duomo, die veel weg heeft van een vesting en eten onze broodjes op het grote plein met uitzicht en waaraan ook nog eens 2 kerken staan. Het is een gezellige drukte. ’s Zomers schijn je hier over de hoofden te kunnen lopen en staat het verkeer er muurvast. We nemen een alternatieve route terug, d.w.z. via een lange trap zigzaggend helemaal naar beneden. Het kost even moeite om die te vinden. Het begin is nog aardig onderhouden maar hoe verder naar beneden, hoe meer overgroeid hij is. Hier en daar zijn stukken weg en is het erg steil. Als we beneden aan de straat zijn, zien we een bordje: verboden voor voetgangers wegen instortingsgevaar…… Dat hebben we boven niet gezien! Dan lopen we de lange strandweg terug naar Giardini Naxos. Als het donker is zijn weer de lavastromen te zien. Morgen gaan we weer eens wat verder… een van de laatste dagen op Sicilië.
Woensdag 26 februari 2014 .Giardini Naxos – afscheid van Sicilia….veerboot naar het vaste land (Calabria) – Lazzaro.
Ook vanochtend is de bakker met zijn verse broodjes punctueel in de camperplaats , een kwartiertje later gevolgd door de sinaasappelboer. We vegen het laatste lavazand uit de camper, tanken drinkwater, lozen en rekenen af met de vriendelijke baas hier. We nemen afscheid van de Zweedse overburen en gaan bij de grote supermarkt aan de doorgaande weg boodschappen halen. De SS114, die we nu volgen richting Messina is niet erg interessant. De dorpen zijn één lang lint van lelijk stedelijk gebied. Bij Roccalumera is er een lange boulevard langs het kiezelstrand. We passeren Alì Terme en zien intussen aan de overkant van de Stretto di Messina: Reggio liggen. Tegen 13 uur rijden we dan Messina binnen en gaan op zoek naar de juiste veerboot. Twee keer komen we bij de verkeerde haven. Die van ons heet “Caronte & Tourist”. Het staat slecht aangegeven. We kunnen meteen erop rijden. Tijdens de overtocht eten we even snel een broodje en een half uurtje later rijden we de boot af in Villa San Giovanni en nemen de snelweg naar Reggio di Calabria. Wij hebben nog steeds stralend weer. Na een uurtje rijden vinden we het genoeg en volgen het eerste beste bordje “Mare” dat we zien. Zo komen we op een strandje met kleine vissersboten en zetten de stoelen in de zon. Even op de kaart kijken waar we zijn: vlak bij Lazarro. We zijn als het ware bij de grote teen van de “laars”. Zo blijft Sicilië nog even in zicht. We hebben er 1600 kilometer rond gereden en het is uitstekend bevallen en zeker voor herhaling vatbaar.
Donderdag 27 februari 2014. Lazzaro – Canalello (Ferruzano Marina)….54 km
Voordat we uit Lazzaro vertrekken maken we een korte strandwandeling. Dan volgen we de SS106, die de kust volgt. Een spoorlijntje loopt steeds met ons mee. Af en toe passeren we een dorp, maar veel is er niet te zien. Om 11.30 uur zien we het bordje Ferruzzano en langs zee een lange rij campers. Daar gaan we tussen staan. We hebben deze plek door diverse camperaars onderweg aanbevolen gekregen. Er is water en een loosput en aan de andere kant van het station een “alimentari”. Te zien aan de zitjes, waslijnen en andere uitstallingen zijn diverse mensen er al lange tijd. Het spoor loopt vlak boven ons en af en toe tuft er een wagonnetje langs. We maken eerst een wandeling langs het strand; het weer is prima met een stevig windje. Terug bij de camper zijn, lopen we nog even het spoor bij het station over naar het dorp. We vinden zo het winkeltje. Na de lunch gaat Nart nog wat jutten op het westelijke deel van het strand. Ik wil verder lezen in mijn spannende boek…. Hij loopt tot aan Marinella, waar een ietwat uitstekende landtong is. Hij komt uiteindelijk thuis met een “aparte” steen met een gat erin en een haast “magisch” teken in kwartslijnen en de hoorn van een geit.
Vrijdag 28 februari 2014 Van Ferruzzano naar Costaraba, 100 kilometer langs de “zool” van de laars.
Vannacht vielen er wat druppels regen, maar nu is het weer een strakblauwe lucht. Er zijn wat activiteiten van camperaars naast ons: er wordt water gehaald bij de kraan en vuil water en toiletten worden in de put gekieperd. Dit is een prima plek en ook nog gratis en voor niks…alleen zouden de containers wel weer eens geleegd mogen worden! Ook bij de dorpen die we onderweg tegenkomen is het een zootje!! De provinciale weg loopt ook hier weer samen met de spoorlijn vlak langs zee. Links van ons zien we de schitterende bergen van het nationaal Park Aspromonte. We passeren Riace waar in 1972 twee levensgrote Griekse bronzen beelden uit 400 jaar v.C. uit de Ionische zee zijn gevist. Ze zijn pronkstukken in Reggio in het Nationaal Museum. In Santa Catherina stoppen we aan het strand voor een lunchpauze en genieten van het heerlijke verse brood en de streek-kaas die we even te voren bij een MD supermarkt hebben gekocht. We maken een strandwandeling, heerlijk in de zon maar eigenlijk niks speciaals…gewoon zand en kiezels, palmbomen, vissersbootjes en heldere zee…. We besluiten nog een stukje verder te gaan en komen uiteindelijk in Costaraba uit, een mooi rustig plekje aan een strandweg, vlak aan zee bij een strandtentje dat grotendeels op palen staat. Ook hier ligt de spoorbaan vlakbij. Na de thee wandelen we een heel eind noordwaarts langs het strand en komen tot onze verrassing een mooie rotspartij tegen die zowel op het strand als in het water ligt. We kunnen er makkelijk om en over heen klauteren naar een soort uitzichtplateautje. Er vlak boven liggen een aantal grote huizen tegen de rotsen aan geplakt, waarbij er een wel heel speciaal is. Als een taart op een rotspunt balancerend…Bekijk de foto en je snapt wat ik bedoel. We moeten even wennen aan het feit dat de zon nu achter de bergen onder gaat. Maar morgenochtend…boven zee weer op…
Zaterdag 1 MAART 2014 . Costaraba – Le Castella – Capo Colonna – Cirò Marina (Madonna di Mare). 152 km (en de 5000km gepasseerd.)
Het is 10.00 uur als we met bijna 5000 op de teller Costaraba verlaten. Iets later aan de doorgaande weg halen we wat laatste weekendboodschappen bij een Carrefour. Langs deze SS106 zijn opmerkelijk veel bakkers en grote supermarkten. Om 12.00 uur komen we aan bij de haven in Le Castella. Het kasteel, waar het dorp naar vernoemd is, willen we bezoeken, maar is gesloten tot 15 uur. We merken dat dit weer een van die zuid-kapen is, het waait hier stevig. Le Castella ziet er uit alsof het voor grote aantallen toeristen is gebouwd. Maar die capaciteit is even in slaapstand gezet. Het is nu heel stil hier. Om 13.50 gaat de tocht verder na de lunch. Rond Le Castella zijn grote akkers met venkel. Die wordt aan de straat voor €3 per kist verkocht. Voor ons geen optie, een kist venkel, hoe lekker we die ook vinden. Net voorbij Isola di Capo Rizzuto staan op het gelijknamige schiereiland een aantal moderne windmolens. Om 14.30 uur stoppen we bij de archeologische site van Capo Colonna. Die is op de punt van het schiereiland. Daar maken we een wandeling door dat archeologische park, kijken bij de Griekse kolom (waar het schiereiland zijn naam aan ontleedt), wat opgravingen, een bedevaartskapel en een verdedigingstoren. In de kapel hangen schilderijen met afbeeldingen dat Maria ingegrepen heeft tijdens een Saraceense overval. Op het ene schilderij is de toren goed te herkennen. We besluiten nog een eindje door te rijden. Even kijken we bij Punta Alice, dat tegen de zee en bossen aan ligt. Het is er nogal druk. We rijden Cirò Marina door en komen 4 km verder bij de Madonna di Mare, een bedevaartskapel op een schitterend plateau boven zee. Hier blijven we vannacht. De lucht is inmiddels compleet bewolkt en het is mede door de sterke wind heel fris: 16°C! Het wordt rap stikdonker. Het enige licht nu (het is nieuwe maan) komt van dorpen een eind verder aan de kust.
Zondag 2 maart 2014. Madonna di Mare – Marina di Nova Siri.(Basilicata)
De morgen begint met zon, we zijn er al aan gewend. Om 10.30 gaan we, na een korte wandeling boven langs het strand, op weg. Het landschap is weer groen met veel kleinschalige landbouw (ook weer wijngaarden). Op het centrale plein van Mirto Crosia is het kindercarnaval aan de gang. Dat wil zeggen die zijn verkleed. De volwassenen zijn allemaal in hun gewone pak. Op deze carnavalszondag is het trouwens opmerkelijk stil op de wegen. Moet er uitgeslapen worden? We krijgen weer bergen met sneeuw erop te zien van het Parco Nazionale di Pollino. De Ionische zee laten we achter ons; het heet hier de Golf van Taranto. We rijden voor die Pollinobergen langs de bocht om naar Trebisacce, waar we na veel éénrichtingsverkeer-straten de zee terug vinden. We lunchen aan de boulevard, maar het nodigt hier niet echt uit voor een wandeling en rijden dus door. We komen dan door uitgestrekte amandelboomgaarden, volop in bloei. Om kwart voor 3 komen we in Marina di Nova Siri op een parking aan zee tussen twee gesloten restaurants in en een groot bosgebied. Er is een wandel/fietsboulevard en een strand van zo’n 100 meter breed, zand en kiezels. We zijn hier net Calabrië uit en in de provincie Basilicata. Na een kop thee lopen we een rondje aan de noordzijde van deze parking. De bewolking wordt dikker en het begint te regenen. Als het weer droog is, een half uurtje later, zetten we de wandeling voort aan de zuidkant van de parkeerplaats. Vanuit het dorp is intussen muziek te horen: men is weer gaan carnavallen. Ook hier zien we weer de typische gewoonte van de Italianen om “zo maar “ een eindje te rijden met de auto. Tot laat op de avond komen auto’s de parkeerplaats op, draaien een rondje en rijden weer door.
Verder langs de westkust en de Etna op.
Maandag 17 februari 201. Lido di Avola – Avola – Capo Murro di Porco.
We worden pas laat wakkeren en wandelen tegen elven richting het centrum van Avola. Een groot plein met allerlei scholen op Piazza Salvatore Allende is de overgang naar de onverwacht interessante oude stad van Avola. Onverwacht omdat er niets van in de gidsen staat.
Piazza Umberto I is het grote centrale plein. Daar vinden we een stadsplattegrond en zien we waar de “I” te vinden is. We vinden die in eerste instantie niet. Dan maar het gemeentehuis in. Daar worden we door een Engels sprekende politieman doorgegeven aan iemand, die ons naar het Toeristenbureau zal brengen. Het blijkt niet helemaal het toeristenbureau te zijn, maar wel een kantoortje met mensen die ons een stratenkaart èn info over een wasserette geven Ze wijzen ons het echte toeristenbureau aan, die weten meer. Daar krijgen we van alles te zien en te horen over Avola. Het internetpoint is precies aan de achterkant van het plein. Daar kunnen we inderdaad terecht op een laptop! Maakt niet uit, we kunnen de volgende fotoserie en het verhaal op Reismee kwijt en de mail lezen en beantwoorden. We hoeven niks te betalen!! Aan de Corso Garibaldi vinden we na wat zoeken toch een wasserij. Maar dat blijkt een stomerij te zijn. Helaas. We lopen deze straat verder uit helemaal door tot aan zee. Daar vinden we een oud wijnhuis van de Nero d’Avola en een voormalige tonijnfabriek. Dat levert nog enkele aardige plaatjes op. Zo zijn we tegen half twee terug op het pleintje aan de Via Aldo Moro. Tijd voor de lunch al weer. Voor we de stad uitrijden doen we nog even boodschappen bij de Lidl. De SS115 loop ook hier nog langs de kust door. Veel citroen- en amandelplantages zien we hier. Vlak voor Arrenella komt de Etna met zijn besneeuwde helling weer in zicht. Rechtsaf gaat het dan naar de vuurtoren op de Capo Murro di Porco. Achter de vuurtoren is een groot kalksteenplateau. Daar klauteren we overheen om een earthcache te “doen”. We moeten omschrijven wat voor een geluid de zee hier maakt. Waarschijnlijk door de zwakke golfslag momenteel, is er eigenlijk niets te horen. Heel af en toe klotst er een grotere golf in de holtes onder de rotsen. En soms is er een zwakke versie van een “blowhole” te horen, een miniknalletje. We maken er de verplichte foto als bewijs dat we hier waren en wandelen nog een rondje. De weg loopt hier dood dus ver komen we niet. Het zal wel een rustige nacht worden.
Dinsdag 18 februari 2014 Capo Murro di Porco - Siracusa.
Nou mooi niet dus…De afgelopen nacht hebben we last gehad van zeer agressieve , luidruchtig zoemende en continu bijtende muggen. We staan tegen een rietveld aan. Misschien dat dat de reden is?? Bij het ontbijt zijn we nog bezig ze plat te meppen. Voor dat we Siracusa in rijden stoppen we bij de rivier de Ciane net voor de brug om daar een wandeling uit de Sunflowergids te maken. Eerst gaat het, onder begeleiding van een hondje, richting de monding over een paadje tussen acacia’s met wel 8 cm lange doorns door. We passeren salina’s waar o.a flamingo’s lopen. We komen even later aan een rotzooistrandje, vanwaar wel mooi zicht is op het schiereiland van Siracusa (Isola di Ortigia) aan de andere kant van de Porto Grande. We draaien om en steken de SS115 over en volgen een door dichte drommen acacia’s omgeven weggetje dat parallel aan de Ciane loopt, passeren een spoorwegovergang en een krakkemikkige brug en komen dan aan de Ciane, die vol exotische papyrusplanten staat. Daar zitten exemplaren bij met stengels van 4/5 cm doorsnee en 2,5 m hoog. Een prachtig mooi gezicht. Nergens anders in het Middellandse Zeegebied groeit zoveel papyrus op natuurlijke wijze zoals hier. In Siracusa blijkt de officiële camperplaats te zijn opgeheven; het is een gewone betaalde parking geworden die vreemd genoeg wordt beheerd door politie. We kunnen hier ook niet overnachten maar de agent wijst ons een plek aan de kleine jachthaven, waar dat wel kan. Opvallend is dat op elk kruispunt bij de verkeerslichten Afrikaanse jonge mannen automobilisten aanspreken en om geld vragen. We vinden de Barcadero Santa Lucia, een haventje voor boten, die de grootte van roeiboten nauwelijks ontstijgen. Een heel mooie plek met zicht op Isola di Ortigia (de oude stad van Siracusa) en perfect centraal tussen dit schiereiland en de rest van de stad. Er staan her en der een stuk of 8 campers. We gaan het noordelijk gedeelte van de stad alvast verkennen en bekijken o.a de grote moderne Santuario della Madonna della Crime en een aantal archeologische opgravingen. We vinden een wasserette aan de Via Piave, vlak bij. We leveren, volgens hun (personen)weegschaal, 13 kilo vuile was in en morgen om 16 uur is die klaar. We vinden die 13 kilo wel erg veel! We hebben in ieder geval ruim de tijd om Siracusa te verkennen.
Woensdag 19 februari 2014 Op pad in Siracusa.
Tot een uur of twee doorkruisen we Isola di Ortigia, het centrum van de oude stad. Siracusa was van de 5e tot de 3e eeuw v.C. de belangrijkste Griekse havenstad en in de oudheid gold deze als een van de mooiste steden op aarde. Het wemelt er van de oude tempels, kerken en paleizen. De Duomo is wel de meest speciale: achter de barokke façade gaat de tempel van Athene schuil. In de kerk van Santa Lucia (tevens de beschermheilige van de stad) hangt een mooi schilderij van Caravaggio :”De begrafenis van de H. Lucia”. Normaal is dit werk te bezichtigen in Castello Maniace, dat op het uiterst puntje van het schiereiland staat, maar daar is nu een ingrijpende restauratie aan de gang. Twee mooie fonteinen komen we nog tegen, waarvan er een bestaat uit een gigantische bos papyrus waar eenden en goudvissen om heen zwemmen. We vinden wel een internetpoint, maar die gaat net zoals bijna alle zaakjes om 13.00 uur dicht en pas weer om 17.00 uur open. Om vier uur gaan we onze schone was ophalen. De dame is nog druk bezig met het vouwen en inpakken. We vragen of de was nog eens gewogen kan worden omdat we 13 kilo wel erg veel vinden en dat tegen 4 euro per kilo…. Ze heeft nu geen weegschaal bij de hand, maar een ander klant biedt aan de was te gaan wegen bij…de groenteman, drie deuren verder op. Het blijkt 10 kilo en nog een klein beetje te zijn! Dus dat is wel even 12 euro minder! Ze maakt duizend excuses, we bedanken haar en zijn blij met onze schone was. We kunnen weer een tijdje vooruit. We lopen om vijf uur nog een keer terug naar de internetbar, maar nu zijn alle computers bezet…… De volgende keer dan maar weer.
Donderdag 20 februari 2014. Siracusa via Augusta naar Brucoli (45 km)
's Morgens halen we nog even verse volkoren broodjes bij de bakker voordat we vertrekken.
Aan de grote noordelijke uitvalsweg kunnen we lozen bij een IP tankstation voor €3,00. We doen even verderop uitgebreid boodschappen bij een Simply. Dan is het tot aan Augusta niks anders dan petro-chemische industrie wat we zien ,kilometers lang. We rijden Augusta in dat op een schiereiland ligt , maar het is niet de moeite waard om hier wat rond te kijken. Verder dus… Brucoli is de volgend kustplaats en tot onze verrassing een aardig dorp met een kasteel, wat haventjes en een mooi plekje aan een soort van mini-fjord om te parkeren. Er staan 3 Duitse campers, dus we blijven hier. We maken een wandeling en komen aan de overkant van de “fjord” en zien dan pas dat er vlak onder onze parkeerplek een beschutte haven ligt. Niet echt een spectaculaire dag maar toch weer genoeg gezien….we naderen de Etna, alleen we konden hem vandaag niet zien omdat het wat bewolkt was.
Vrijdag 21 februari 2014. Brucoli – Catania - Mascalucia.
We vervolgen vandaag onze weg richting de Etna en komen in Catania. En ja hoor ook de Etna is zichtbaar, compleet met de besneeuwde hellingen. Daar doen we bij een groot winkelcentrum ( Citta Mercato) boodschappen en omdat er vrije wifi is gaan we daar op een bankje zitten met de laptop en kunnen we zonder problemen met registratie e.d. internetten. Dan lunchen we op de parking en proberen een parkeerplaats te vinden in het centrum om het een en ander te bekijken. We maken een paar rondjes ; het is er vreselijk druk, en we vinden geen geschikte plek en we besluiten door te gaan naar Mascalucia, 15 km verder, op de helling van de Etna. Tegen drie uur zijn we op de parking bij een groot kerkhof. Een jogger (en volgens eigen zeggen camperisto) vertelt dat we 150 m verder wc en water kunnen lozen. Hij is pas geleden via Düsseldorf naar Nederland geweest, maar wel per vliegtuig. We lopen uiteraard een rondje: langs het grote kerkhof en het marktplein naar het centrum van Mascalucia. Het marktplein wordt door de jeugd als autocrossbaan gebruikt. Het eenrichtingstraatje daarheen wordt continu beide kanten op gebruikt. Maar we hebben vanaf de plek waar we staan zicht op de Etna! In het centrum zien we enkele aardige kerken en gebouwen opgetrokken uit lavasteen. Morgen gaan we verder de Etna op, de hoogste actieve vulkaan van Europa. Vanaf zeeniveau in Catania klimt de weg tot boven de 2000m en doorkruist verschillende vegetatiezones, van subtropisch tot alpien. De hoogste top is boven de 3300 m, maar of we zo hoog komen??
Zaterdag 22 februari 2014 . Mascalucia – Rifigio Sapienza – Zafferana Etnea.
Precies een maand geleden kwamen we op Sicilia aan. De hele kust hebben we rond gereden met hier en daar een uitstapje naar het binnenland. Heel veel moois gezien! Het hoogtepunt is echter pas nu, letterlijk en figuurlijk! De Etna! We stonden vannacht op 440 m hoogte en daar komen vandaag de nodige meters bij. We verlaten de parking bij het kerkhof en rijden richting Nicolosi. Net daar buiten willen we de wandeling maken bij Pineta di Monti Rossi. Maar de beschrijving in de wandelgids hoe er te komen is nogal vaag en als we eindelijk een bordje die kant op zien blijkt het verder op niet meer terug te vinden. Dan maar door via de oude Etnaweg steil bergop. We rijden tussen de lavavelden door. Heel onwezenlijk. Het gaat in lange bochten omhoog tot de Rifugio Sapienza (1914 m ). Daar parkeren we op een grote parking. Het is er vrij druk met skiërs en snowboarders en de Italiaanse wandelaars lopen in kleurige skiuitrusting rond. Het is wat fris dus we trekken de winterjas aan. Je kunt hier per kabelbaan nog verder omhoog tot je in de sneeuw komt op 2500m maar voor 30 euro pp vinden we dat wat aan de prijzige kant. We lopen een rondje om de Crateri Silvestri, scheppen in de krater een zakje lavazand voor Frank z’n zandverzameling. Na een rondje langs de souvenirshops lunchen we en stappen om tegen half twee weer op. Via de SP92 gaat het weer naar beneden. De brembomen vallen op en uiteraard de grillige lavastromen. Als we weer wat lager zijn, is de begroeiing weer hoger en uitbundiger. We dalen af naar Zafferana Etnea. Bij de moderne dorpspomp, waar je een chipkaart moet hebben om water te kunnen tappen à 0,03 cent per liter, vinden we een aardige plek voor vannacht. We staan er nauwelijks of het begint een beetje te regenen. In die tijd proberen wij de resultaten van de ploegenachtervolging (O.S. Sochi) op te duikelen. Er is hier vrij internettoegang en dat komt goed uit. Zoals verwacht (!) halen èn de Nederlandse mannen en de vrouwen goud binnen. Zou Nederland in de medaille-eindlijst nog boven Duitsland eindigen?
We maken een rondje door het best aardig uitziende Zafferana Etnea. Midden in het dorp is een groot modern plein met aan de linker zijde een soort paleis (stadhuis?) en een grote kerk en aan de rechter zijde een kolossaal uitzicht over de lager gelegen gebieden en de zee. Langs een parallelstraat kuieren we dan in de schemering weer terug. Om 8 uur gaan we pizza eten in het restaurant op de hoek van het plein, waar we staan.
Zondag 23 februari 2014 Zafferana Etnea - Rifugio Citelli – Piano Provenzano - Giardini Naxos
Voor vertrek kopen we nog even wat sinaasappels langs de kant van de weg. Al gauw zijn we in Milo. De weg die we rijden heet de Strada Mareneve. Bij Fornazzo rijden we de berg op naar Refugio Citelli (1741 m). Halverwege is weer een wandeling te maken, maar er is geen parkeergelegenheid dus gaan we door naar de Refugio. We parkeren er en gaan wandeling 4 uit de Sunflower gids doen, Monti Sartorius. De Sartorius heeft zeven vulkanische kraters, die als knopen op een rij liggen. Ze dateren van een eruptive in 1865. Door de hoogte is de begroeiing zeer bescheiden teruggekeerd, voornamelijk bestaand uit berkenbosjes die met de lichte stammensterk contrasteren met de zwarte lava. Het is een wonderlijk vulkaanlandschap. Het hoofdpad op het eerste stuk van de route is goed te volgen, maar als we bij een uit lava opgetrokken schaapskooi een smaller pad moeten volgen dat aangeduid zou moeten zijn met gele paaljes raken we op een open plek bij een kraterrand het spoor bijster. Er komen wat mistvlagen overtrekken en de sfeer is erg onwerkelijk. We besluiten om dezelfde weg terug te nemen. Hier de weg kwijtraken trekt ons niet zo. Onze eigen voetstappen terug volgend komen we weer bij de schaapskooi waar het brede pad loopt. Tegen tweeën zijn we weer bij de camper. Bij Piano Provenzano, een startpunt voor wintersporters, is een enorm lavaveld te zien, dat een compleet bos heeft opgerold. Hier hebben we weer zicht op de Etna, met aan deze zijde meer sneeuw. De Strada Mareneve daalt door een bos met hoge pijnbomenen af naar Linguaglossa. Even verder zien we dan weer eiken en kastanjes. Er is schitterend zicht op de kust en de stadjes die er liggen; we kunnen zelfs de overkant, Calabrië, zien. We eindigen de dag in Giardini-Naxos waar we een prima camperplaats (Eden parking) vinden voor 6 euro all-inclusive en een goede internetverbinding! Wel nog even een loopje naar het strand dat uit zwarte lavarotsen bestaat. En ‘s avonds skypen we met Harold en de kids en horen we de laatste nieuwtjes van Alice en Abe. Nog een paar dagen en dan zijn we weer in Messina en verlaten we Sicilia. Ik heb nog niet het idee dat we al aan de terugreis zijn begonnen…we hebben immers nog de hele Adriatische kust voor de boeg!
Verder de zuidkust van Sicilie langs
Maandag 10 februari 2014. Licata – Scoglitti – Vivaio Randello – Punta Secca.
Onder weer eens een strakblauwe hemel vertrekken we en gaan eerst even bij Conad langs voor wat boodschappen. In Falcona kijken we even aan het strand en in Gela zoeken we tevergeefs naar een camperplaats om ons water en toilet te lozen. Hoewel hij zowel in de Facile-en Route als de ACSI-gids wordt vermeldt. Ook hier rijden we weer door een grote vlakte van plastic kassen voor groente en/of fruit. We kijken even rond in het best aardige Scoglitti, maar overal staan parkeerverbodsbordjes. De volgende stop is bij Vivaio Randello. We lopen een heel aardig rondje door dit uitgestrekte bos van eucalyptussen en dennen. Op het pad vinden we een klein dood zwart slangetje. De cache vinden we bij een uitzichttoren boven op een hoog duin met weids uitzicht over het bos tot aan zee en de kassen er omheen. In Punta Braccetto vinden we geen gezellige plek voor de nacht. Dat lukt wel in Punta Secca onder de vuurtoren op de Piazza Faro. Op dit pleintje aan zee staan nog twee (Italiaanse) campers. Tot 17.15uur lopen we een rondje door het dorp en buurten dan even met de Italiaanse buren. Er blijkt wifi te zijn; we krijgen een uur gratis en deze keer lukt het registreren wel via de Nederlandse gsm. Dus kan het volgende verhaal en fotoserie 12 op Reismee gezet worden. Iedereen weer bedankt voor de gezellige reacties….We lezen ook even dat de Nederlandse schaatsers fantastisch goed hebben gepresteerd! 7 medailles al !
Dinsdag 11 februari 2014. Punta Secca – Marina di Ragusa - Ragusa
Tot aan Marina di Ragusa passeren we een paar uitgestorven dorpjes. In Marina di Ragusa lopen we even over de kleine markt en kopen o.a 5 kilo sinaasappels; kunnen we voorlopig weer vooruit. We komen een Nederlands stel uit Breda tegen en praten even. Ze liggen met hun boot in de haven hier en zijn al een aantal maanden onderweg. Vervolgens rijden we een kilometer of 30 het binnenland in naar Ragusa. Onderweg valt op dat alle akkers en weiden omheind zijn met keurig gestapelde witte muren. Ragusa moet een van de mooiste baroksteden zijn op Sicilië en hiervoor wijken we wel even af van onze kustroute. De stad werd in 1693 door een aardbeving verwoest en in barokke stijl opnieuwd opgebouwd. De afdaling naar Ragusa Ibla is ronduit spectaculair. De stad ligt over enige steile heuvels uitgespreid, met wat diepe kloven ertussen. We vinden een mooi rustig plekje onder een hoge muur. We halen op het i-kantoor een plattegrondje en krijgen meteen een route door het oude deel mee. Het gaat door smalle straatjes en over veel trappen en we passeren (veel)mooie kerken en oude paleizen, allemaal uit de 18e eeuw. Het wemelt er van balkonnetjes, versierde kozijnen en deurposten. 14 van de gebouwen staan op de Unesco monumentenlijst. Hoogtepunt is wel de Duomo di San Georgio en dan vooral de buitenkant. We zijn bijna rond als we worden overvallen door een regenbui en we vluchten een barretje in waar we cappuccino en wijn drinken. Echt helemaal droog wordt het niet, dus tamelijk nat komen we bij de camper terug. Gauw de kachel aan en opwarmen.
Woensdag 12 februari 2014 . Ragusa – Marina Modica.
Het is vannacht wat frisser geworden, maar ’s morgens is de lucht blauw en schijnt de zon. We gaan na het ontbijt een wandeling uit de Sunflowergids maken door een dal net buiten Ragusa Ibla: de Cava delle Misericordia. We lopen naar het Piazza della Repubblica. We zien dat de kerk daar (Chiesa delle Anime del Purgatorio ofwel Kerk van de Zielen van het Vagevuur) open is en gaan even binnen kijken: barok met veel wit en goud. Even later staan we weer buiten en lopen onder een poortje door de stad uit. We komen op een met grove keien bestraat pad terecht, dat naar een riviertje de San Leonardo afdaalt. Via enkele stapstenen kunnen we die oversteken. Aan de andere kant klimmen we een steil pad op, dat tussen muren doorgaat. Zo komen we ,via een vrij modderig pad tussen olijf – en johannesbroodbomen door, op de zuidwest oever van de Cava delle Misericordia terecht. Onder in dit vrij diepe en behoorlijk brede dal staan nog wat vervallen watermolens. We volgen deze kloof, eerst omlaag en dan weer omhoog, tot dat er rechts een paadje naar beneden gaat, waar een zijrivier in de Misericordia stroomt en een picknickplaats. We zien ondertussen donkere wolken door de kloof naderen en besluiten terug te lopen.
Uiteraard houden we het niet helemaal droog. Het zijn slechts buitjes van korte duur. Om 12.00 uur zijn we bij de camper terug. Na de lunch rijden we in de regen weg. Het gaat via Modica. Het is op gelijke wijze over heuvels gedrapeerd als Ragusa. Het is niet echt weer voor een stadsbezichtiging en we rijden dus door. Zo komen we weer aan de kust bij Marina Modica, waar we na even zoeken een mooi plekje vinden op een plein aan zee. Daar staan al 10 campers. We lopen 600 m naar het oosten voor de start van een strand-wandelcache. Het 2e waypoint is het speeltuintje aan het pleintje waar we staan. Dat komt goed uit want het begint weer eens stevig te plenzen De rest van de middag is nat en grijs, zodat we het vervolg van de cache tot morgen bewaren.
Donderdag 13 februari 2014 Marina di Modica (al 55 dagen onderweg)
Zoals al zo vaak is gebeurd: de dag eindigt met regen en bij het wakker worden de volgende ochtend is er een strakblauwe lucht en een stralende zon. De plaats waar we staan is ideaal: er is een waterkraan en een put, afvalcontainers en de supermarkt om de hoek. Er staan op dit pleintje en iets verderop campers die weken lang hier bivakkeren. Eerst gaan we de cache waar we gisteren aan zijn begonnen afmaken, die heeft als eindbestemming een oude fabriek zo’n 2 kilometer verder op. Als we terug zijn besluiten we een grote schoonmaak te houden. We stoffen, poetsen en dweilen de camper van binnen en van buiten. Ik was nog het een en ander uit. Dat droogt snel in de zon en met die wind op een geïmproviseerd waslijntje! Na het middageten gaan we langs het strand wandelen in oostelijke richting. Eerst over de boulevard, dan door het zand en vervolgens over een pad langs zee dat volop begroeid is met allerlei soorten cactussen en ander struikgewas. We lopen een kilometer of 6 tot we de haven van Pozzello in zicht krijgen. Dan draaien we om en lopen over het rotsachtige strand terug. Allerlei poeltjes staan vol zeewater en er liggen massa’s schelpen. Terug in het dorp zien we dat de Conad alleen ’s morgens geopend is. Dat is niet vreemd want Marina di Modica bestaat eigenlijk alleen uit vakantiehuisjes en zijn in deze tijd van het jaar bijna allemaal onbewoond. De Gelateria is wel open en we kopen een heerlijk ijsje, dat we op het terras opeten. Het is hier een gezellige plek en we blijven hier nog een nachtje.
Vrijdag 14 februari 2014 Marina di Modica – Punta delle Correnti - Marzamemi.
Vandaag rijden we het laatste stukje langs de zuidkust en komen aan de westkant van Sicilia. In Pozzallo doen we boodschappen bij een Penny en rijden vervolgens naar de meest zuidelijke punt, bij Isole delle Correnti. Het waait er erg hard! En het fijne strandzand stuift op, hier en daar zelfs over de weg. Na het eten wagen we toch een wandelpoging over het strand. We worden begeleid door 2 bedelende straathondjes die ons trouw volgen. De wind giert ons om de oren. Er staan zeer hoge golven in het straatje tussen de Punta en Isola Corrente. Hier zit weer veel Posidonia (zeegras) in het water, hetgeen resulteert in vele bruine balletjes op het strand.
Om half vier rijden we weer verder. Nu naar Portopalo di Capo Passero. Een vreselijke plaats om iets te zoeken. Het zijn vrijwel allemaal éénrichtings-straten en een aardige plek om te overnachten vinden we al helemaal niet. Dus rijden we langs de kust af noordwaarts en stoppen in een heel aardig uitziend plaatsje Marzamemi bij een muurtje vlak aan het water. We zijn er niet helmaal zeker van of we hier wel mogen staan…. We lopen een rondje door het dorp, dat er nog heel wat aantrekkelijker uitziet, dan we in eerste instantie hadden gezien. Vooral op een vrij groot plein met wat aparte gebouwen en bij de kust aan de havens is aardig wat te zien. Bijvoorbeeld de Tonnara’s (voormalige fabrieken waar de tonijn werd verwerkt). Daar worden nu in een gezellige atmosfeer allerlei typisch Siciliaanse producten verkocht. (Uiteraard ook allerlei spul, waar tonijn in is verwerkt.) Tegen vijven zijn we terug. Op het pleintje naast ons, waar duidelijk een parkeerverbod is, komt een 2e Italiaanse camper staan. Als die 2 samen weg willen rijden, ga ik vragen of wij hier wel goed staan. Ik begrijp van niet en een van de chauffeurs biedt aan ons mee te nemen naar een rustige plek iets verder op. Het blijkt vlak bij een kleine scheepswerf te zijn. Als we netjes naast elkaar opgesteld staan, buurten we uiteraard een tijdje. Het ene stel woont in Ragusa en het andere in Noto. Aardige mensen!
Zaterdag 15 februari 2014 Marzamemi – Natuurreservaat di Vendicari – Eloro.
Na van de buren afscheid genomen te hebben vertrekken we om 10.00uur. Na kleine wegen tussen de kassen door gaat het de SP19 op. Ondanks dat het landschap vrij vlak is, ziet het er aardig uit. Even verder slaan we af naar Riserve Naturale Orientata di Vendicari via een smalle weg tussen muurtjes. We parkeren langs de weg voor de parkingang, maken een lunchpakket en beginnen om 10.45 aan de wandeling. De entree is gratis. Via een loopbrug gaat het naar het strand, de enige toegestane route door het duingebied. Elke 2 meter sprint er een hagedis voor onze voeten weg! Vendicari is een van de belangrijkste migratiebases voor vogels rond de Middellandse Zee. De lagunes drogen in de zomer op en raken in de winter weer door neerslag gevuld. Er zijn meer dan 200 soorten vogels waargenomen, dus een paradijs voor vogelaars! Het hoofdpad loopt parallel aan de kust, langs 8 kilometer ongerepte zandstranden afgewisseld met rotskust. We gaan eerst in noordelijke richting. Het wemelt hier van de zangvogels in de struiken en het riet. Eerst komen we langs de lagune de Pantano Grande, waar ontzettend veel aalscholvers zitten. Verder zien we er lepelaars, kleine zilverreigers, blauwe reigers en kieviten. We lopen via de voormalige Tonnara (fabriek, waar vroeger tonijn verwerkt werd ) en bekijken het bezoekerscentrum, dat aardige items heeft over de natuur hier. De Torre di Vendicari stamt uit de 15e eeuw en is een kleine vesting ter verdediging van de oude haven tegen piratenaanvallen. Bij de Pantano Piccolo zijn opmerkelijk genoeg veel minder vogels te zien. In de verte zien we Noto tegen de heuvels aan liggen. Tegen half een komen we bij Calamosche, een verscholen baai met mooi zandstrand. Op deze warme dag onder een strakblauwe lucht hebben zich hier diverse badgasten verzameld. Op de rotsen aan de andere kant van het strand houden wij een simpele rustpauze met picknick. Om 13 uur beginnen we dan aan de terugweg. We stappen stevig door, want we willen ook nog dat zuidelijke deel van het natuurpark verkennen. Op het strand bij de loopbrug zijn nu aanzienlijk meer mensen. We wandelen nog een uur in zuidelijk richting waar restanten van een kleine Byzantijnse nederzetting te zien zijn. Midden op het wat begroeide pad komen we een grote slang tegen die haastig wegschiet voordat Nart z’n fototoestel paraat heeft. Ik stamp maar wat harder over het vervolg van het pad. Half vier zijn we terug bij de camper, waarbinnen het gloeiend heet is! Even alle ramen open voordat we verder gaan. We drinken thee en rijden dan 10 kilometer verder naar de parkeerplaats bij de ingang van de archeologische vindplaats Eloro, die alleen op afspraak te bezoeken is. Het pad loopt even verder dood en kan alleen te voet vervolgd worden tot aan het strand. Een heel rustige plek dus! Wat een prachtige dag was dit weer …..
Zondag 16 februari 2014 Noto - Noto Antica – Lido di Avola
Deze alweer stralend zonnig dag gebruiken we om Noto te bezoeken. Deze stad is in de 18e eeuw verrezen toen Noto Antica in 1693 door een aardbeving werd verwoest. Alle gebouwen werden in extravagante barokstijl uitgevoerd. Er zijn tientallen paleizen en kerken te bekijken. De Duomo is in 1996 na hevige regenval gedeeltelijk ingestort en staat van binnen nog steeds vol met steigers. Leuk is het bezoekje aan de Chiesa di Montevergine, die een verbazend gebogen gevel heeft en op het hoogste punt van de stad ligt. Binnen staat een verzameling van de 8 broederschappen die Noto heeft; het vaandel, de uitrusting en wat foto’s van een processie. Een enthousiaste man vertelt ons in goed Engels er het een en ander over. We kunnen een smal wenteltrapje opklimmem naar de bovenliggende verdieping en van daaruit nog een stenen trapje op, om op een soort terrasje uit te komen van waaraf we een prachtig zicht hebben over de stad en tot aan zee kunnen kijken. Natuurlijk bewonderen we de prachtige barokke balkonsteunen van het Palazzo Viladorata.’s Middags rijden we dan door naar Noto Antica, zo’n 15 kilometer noordelijker. De weg er naar toe is al de moeite waard, die gaat langs diepe kloven. Het wordt steeds smaller en na twee bruggen komen we bij de parkeerplaats. Zo’n anderhalf uur wandelen we dan over het plateau waarop de stad vroeger lag, tussen de overwoekerde restanten van huizen, kerken en andere gebouwen. Slechts hier en daar staan nog wat muurtjes en alleen de toegangspoort met toren is overeind blijven staan. Aan het eind van de middag rijden we terug naar de kust en vinden een wat onrustige parkeerplek in Lido di Avola aan een boulevard. Morgen maar weer eens op zoek hier naar een internetpoint en een lavanderia.
Naar Licata
Woensdag 5 februari 2014 Sciacca
Salvé zeggen de Sicilianen hier tegen elkaar als begroeting. Een soort wees gegroet dus. Vanochtend vertrokken er een flink aantal campers van de parking, maar aan het eind van de middag stonden er alweer 2 keer zoveel, waaronder een bij elkaar behorende groep Italianen die de giro de Sicilia aan het maken is. Bij het weggooien van een zakje afval in een van de containers schrok ik me rot; er sprongen 3 katten uit! Er lopen nogal wat zwerfhonden en katten rond. Er zijn camperaars die de beesten eten voeren dus blijven ze op de pier rondhangen. We gebruiken deze zonnige dag om de bovenstad te verkennen. We krijgen bij het infokantoor een plattegrond en lopen een route langs een aantal kerken, paleizen, pleinen en een kasteel. De stad doet wat onderkomen aan en de gebouwen hebben onderhoud nodig. Het grote plein bovenaan de lange trap vooraan in de oude stad is een prettige plek, ruim, veel banken, mooie beplanting en perfect zicht op de eronder liggende jacht- en vissershaven. Voor de rest zijn er naast een aantal moderne winkelstraten veel smalle steile straatjes en trappen. Na de lunch lopen we nog eens richting de vissershaven. Daar is het een verbazende drukte van belang. Veel vissersboten komen binnen varen en op de kade is het een af en aan rijden van koelwagens, groot en klein, die meteen de vangst in piepschuimbakken van de dag afvoeren. Het is zelfs dringen hier en daar. Leuk om naar te kijken. Vanmorgen vonden we geen internetpoint maar een eindje terug aan de boulevard komen we voorbij een speelhal met biljart, tafelvoetbal,gokkasten en ander spelvermaak die ook internet aanbiedt. We zetten het volgende verhaal en de bijbehorende foto’s op reismee, en kijken en beantwoorden wat mail. Vannacht nog hier en morgen weer een stukje verder.
Donderdag 6 februari 2014. 40 kilometer verder de zuidkust langs naar Eraclea Minio.
Niet een echt spectaculaire dag vandaag maar wel heel veel zon. In Eraclea Minoa is een Griekse opgraving met theater en restanten van huizen. Omdat hier zandsteen als bouwmateriaal is gebruikt, zijn de tribunes van het theater compleet afgesleten. Er zit een overkapping omheen om verder verval te voorkomen. De infobordjes zijn ook versleten. Het kleine museum is eigenlijk het meest interessant; er slaan en liggen mooie oude gebruiksvoorwerpen die goed bewaard zijn gebleven. We rijden voor de start van een strandwandeling (uit de Sunflowergids) door naar een parking bij restaurant Garibaldi, vlak aan zee. Heel mooi plekje met fantastisch wit zand. Er stopt een auto en de man brengt ons een grote zak citroenen….nee kost niks…hij heeft de auto vol liggen. Hartelijk dank maar wat moeten we met zo veel citroenen? We beginnen na de lunch enthousiast aan de eerste etappe naar het westen toe en zouden na 30 minuten Capo Bianco zonder moeite kunnen bereiken, om daarna bij de monding van de rivier Platani het vogelreservaat te bezoeken. Helaas blijk na een paar kilometer dat de route via het strand ophoudt bij hoge kliffen die in zee uitsteken. Dat was blijkbaar bij het uitkomen van de gids nog niet. Dus keren we terug. Dan een eind de andere kant op over het strand, dat jammer genoeg bezaaid ligt met vooral plastic afval. De hoge witte kaap is oogverblindend in de zon. Volgens de Capitoolgids is dit toch een van de mooiste stranden van Sicilië. Na een paar kilometer houden we het voor gezien en gaan tegen de wind in terug naar Lido Garibaldi, waar we voor de zekerheid nog even navragen of we hier vannacht kunnen blijven. Geen probleem en de pizzeria is ook open vanavond. Goed idee!!!
Vrijdag 14 februari 2014. Van Eraclea Minoa via Natuurpark Foce del Fiume Platani en Torre Salsa naar Lido di Rossello.
Na zeer rustige nacht met alleen de golven op de achtergrond vertrekken we van dit prima plekje. Gisteravond aten we pizza in het restaurant. Wat er van buiten uit zag als een min of meer houten barak, is van binnen een luxe restaurant met perfect gedekte tafels, een luxe open haard, tv-schermen en obers in zwart-wit kleding. We eten heerlijk, daar niet van, maar de bediening is uiterst formeel. We missen wat persoonlijke interesse. Drie mensen bedienen ons. We zien in de tijd dat we er zijn geen andere gasten. Het eerste doel vandaag is het nabijgelegen Natuurpark Foce del Fiume Platani, het park dat we gisteren via de strandwandeling niet konden bereiken. Daarvoor moeten we eerst een stukje van de S115 terug rijden (in de buurt van Borgo Bonsignore) en de bruine bordjes volgen. Een wandelpad voert door de duinen, begroeid met naaldbomen en eucalyptussen naar het strand. Wij willen naar de vogelkijkhutten aan de uitstroom van de Platani en daar kunnen we in eerste instantie ook nu vanaf het strand niet komen. Alweer veel rotzooi op het strand, o.a een dooie hond…... Onderweg naar het strand waren we enkele brede paden parallel aan het strand gepasseerd en dus zoeken we die op en lopen dan opnieuw richting de rivier. Nu vinden we wel de kijkhutten. Die geven echter zicht op de brede rietkraag die de rivier omgeeft. Het water zien we amper. In de lucht zien we wel wat roofvogels, o.a. een torenvalk. We vinden op de weg terug 3 stekels van een stekelvarken. Een bord aan het begin van het pad had dat wel aangekondigd, maar dat leek Nart sterk. Stekelvarkens in Europa? Wel dus. Verder zouden er bijeneters, scharrelaars en zeeschildpadden te zien zijn. Na anderhalf uur zijn we rond en terug bij de camper. We vervolgen dan weer de S115 oostwaarts naar het volgende natuurpark “Riserva Naturale Orientata Torre Salsa”. We rijden door tot we bij het bezoekerscentrum zijn. Dit is gesloten maar we kunnen wel de wandelingen maken die op infoborden staan aangegeven. Van boven af gaat het een heel eind naar beneden richting de zee. Een schitterend landschap tussen de gipsbergen door. We kiezen er twee uit die op elkaar zouden moeten aansluiten, maar…we vinden die aansluiting niet. We lopen door naar een andere ingang van het park en van daar af over de weg terug naar de start bij het bezoekerscentrum. Al met al een prachttocht en wat langer dan we hadden gedacht. Het weer is perfect dus het kan niet beter. Om vier uur zijn we terug en rijden door via een tweede cache op de route naar Lido Rossello, een piepklein gehuchtje aan zee net ten zuiden van Realmonte. We vinden er een kleine parking bij een sportveldje en er staan zowaar 2 campers. Nog even een blik op het strand , er ligt een cache maar we moeten te veel klauteren op de rotsen om er te komen dus die laten we voor wat het is. Wel vinden we op het strand, dat aan een kant bezaaid ligt met grote rotsblokken met schelpenfossielen erin, een groot kegelslakkenhuis. We willen hem meenemen maar de bewoner blijkt thuis te zijn en leeft nog. We zetten hem dan toch maar terug in de zee en maken alleen een foto ervan. Al met al was het een geweldige wandeldag vol met verrassende ontdekkingen.
Zaterdag 8 februari 2014 Bezoek aan de Valle dei Templi (Agrigento).
Gisteren zijn we de 4000 kilometergrens gepasseerd. Voordat we vertrekken maken we nog een korte wandeling over het strand, nu de andere kant op. We rijden vervolgens boven langs kliffen met aardig uitzicht. We passeren Empedocle (nogal wat industrie) en gaan bij de Eurospin supermarkt in Agrigento boodschappen doen. Deze stad ligt boven op de heuvel; de vallei met de tempels ligt daar onder. We dalen af en vinden na even zoeken de parkeerplaats bij de ingang. Voor 5 euro mogen we hier 24 uur blijven staan. Voor we op pad gaan om de Griekse tempels te bekijken lunchen we eerst. De zon schijnt volop maar net als we de parking aflopen, krijgen we opeens een regenbuitje op ons dak. We schuilen even onder de luifel van een kiosk en krijgen een paraplu van 3 mannen die daar ook even wachten tot de bui over is. We zijn nauwelijks 4 minuten verder of het wordt weer droog. We willen de plu teruggeven, maar die hoeven ze niet terug…. We gaan via een tunneltje onder de weg door en lopen dan via een ingevallen poort, naar de eerste opgravingen. Het hele gebied omvat een indrukwekkende verzameling van Griekse tempels uit de zesde tot de vierde eeuw v.C. Zoals we al eerder op andere archeologische plaatsen hebben gezien, zijn ook hier info-borden, die laten zien hoe het er vroeger heeft uitgezien. We komen twee, nu liggende, mannenfiguren (Telamons ) tegen, die vroeger de tempel van Zeus,( de grootste Dorische tempel die ooit werd gebouwd uit 480 v.C.) overeind hebben gehouden. We lopen het 1e gratis deel van de opgravingsterrein af, steken de weg over en gaan daar verder na het betalen van de entree.(Nart heeft weer een gratis kaartje). Rechts van het centrale pad ligt direct de Tempio di Ercole (= Heraclestempel uit de 6e eeuw v.C. en de oudste in de Valle dei Templi). We treffen het Duitse stel weer, dat we al enige keren eerder zagen:dus tijd om de namen uit te wisselen: Wolfgang en Monika. Ze maken dezelfde route als wij dus we zullen ze nog wel vaker tegen komen. Dan gaat het naar de nog grotendeels in takt zijnde Tempio delle Concordia (430 v.C., die 800 jaar later door christenen als kerk werd gebruikt). Net achter deze tempel ligt een gebroken Icarus, een modern bronzen kunstwerk en er staan eeuwenoude olijfbomen. Speciaal is ook dat de amandelbomen nu allemaal in bloei komen, een prachtig gezicht. Bij de tempel van Juno raken we in gesprek met een oudere man, die ons elk een kersenbonbon geeft! Hij heeft als kok gewerkt in Maasmechelen. Hij spreekt een aardig woordje Frans. We wandelen terug naar de hoofdingang en gaan het archeologisch park uit om nog wat geocaches op te zoeken. Ze liggen alle drie op de weg naar het Museo Regionale Archeologico. We bekijken daar nog even de San Nicolà kerk en een soort amfitheater. Bij de rotonde kijken we even naar de Tomba di Terone. Even na vieren zijn we dan weer op de camperplaats terug en genieten nog van de laatste zonnestralen. Als het donker is hebben we zicht op de twee grootste tempels die nu helemaal zijn verlicht.
Domenica 9 febbraio 2014. Valle dei Templi - Licata. (43 kilometer)
Deze zondag hebben we bestempeld als een rustdag, kalm aan dus. En ook uitslapen, want we gingen laat erin. Via onze tv-dongel in de laptop konden we gisteravond op RAI 1-sport een samenvatting kijken van de Olympische Spelen in Sochi. Natuurlijk was er veel aandacht voor de Italiaanse deelnemers en in een minuutje zagen we drie Nederlandse oranje schaatsers op het podium staan van de medaille-uitreiking 5 kilometer. Sven Kramer kwam in een flits voorbij, maar zijn tijd ging te snel; Blokhuizen tweede en wie nummer 3 was kregen we niet zo snel gezien/gehoord. Zo gaan we pas na half twaalf weer op pad. We rijden door een heuvelachtig, uitgestrekt tuinbouwgebied met veel plastic kassen. In Torre di Gaffe zien we een Nederlandse camper staan, de tweede in al die weken! We bereiken Licata gaan daar op zoek naar de haven. Daar zijn we tegen enen. Er staan nog 4 Italiaanse campers. Na de lunch kuieren we langs de waterkant, waar niet echt veel te zien is. Wel lopen er veel grote zwerfhonden. De vuurtoren passeren we en de Porto Turistico (jachthaven), waar veel grote catamarans liggen. In het er naast gelegen winkelcentrum neuzen we wat rond en ik vind er een paar mooie schoenen met 60% korting. Daarna maken we tot half vier nog een rondje door het centrum van Licata. Het is niet direct een heel spectaculaire stad, maar er zijn toch nog een aantal aardige plekken te vinden. We hopen een internetpoint te vinden. We vinden die ook wel in een goklokaaltje,maar alle computers zijn bezet. Als we later in de camper de sportzender willen kijken, kunnen we die hier niet ontvangen….Jammer. Geen Sochi dus vandaag…
Langs de westkust
Zaterdag 1 februari 2014 Castelluzzo - Erice - Trapani
De dag begint grijs. Het zand lijkt uit de lucht te zijn verdwenen. De zee beukt vol op het lage, honderden meters brede rotsplateau waarop we staan. Nevels hangen om de berg toppen rechts en links. Dit zou zo maar een Schots landschap kunnen zijn. We rijden de Capo San Vito punt uit naar Erice zo'n 25 kilometer terug, dat op een steile rots op meer dan 600 meter hoogte boven Trapani ligt. Halverwege de haarspeldbochtenweg rijden we al de wolken in. Boven aangekomen zien we nog net het bordje: verboden voor campers staan, maar ernaast is een parkeerplaats waar we terecht kunnen. De stille verlaten Middeleeuwse straatjes hebben een aparte sfeer. We lopen eerst naar het Normandische kasteel (Castello di Venere). Op deze plek stond lang geleden de tempel van Venus. Bij helder zicht kun je vanaf hier Tunesië zien liggen, maar wij zien nog niet eens de overkant van de straat. We vinden er wel een cache in een gat in de muur. We maken een rondje langs wat kerken de pleintjes. In de hoofdstraat zijn wat winkeltjes open. We ontdekken nog een kabelbaan die vanuit Trapani loopt, maar nu buiten dienst is. Aan de Trapani kant rijden we de berg weer af. Zodra we 300 meter zijn gedaald is er weer zicht, op de zee, Trapani (met z'n smalle schiereiland met oude stad), de zoutpannen daarachter en de Egadische eilanden voor de kust. Als we beneden zijn leidt een brede laan naar het centrum. We vinden een groot plein waar we, vlak voor het schiereiland, kunnen parkeren. We bekijken het oude gedeelte van Trapani en lopen het hele schiereiland rond. Naar de punt toe wordt het steeds smaller tot aan een oud fort. Aan de zuidkant liggen de havens voor vissers-en plezierboten en de veerboten naar de eilanden. In de 17e eeuwse Purgatio kerk bekijken we de 18e eeuwse "Mysteri" - een stuk of 20 realistische, levensgrote beelden van hout die tijdens de processie op Goede Vrijdag 24 uur lang worden rondgedragen. Tegen vijven zijn we weer terug bij de camper en besluiten hier te blijven voor de nacht. We zijn nauwelijks binnen of het begint echt te regenen (tot nu toe miezerde het een beetje, maar net niet genoeg om een paraplu op te zetten) en dat blijft de hele avond zo.. Van Niels komt het blijde nieuws binnen dat hij zijn tentamen bedrijfseconomie heeft gehaald, we zijn trots op hem!
Zondag 2 februari 2014 Trapani – Nubia – Imbarcadero di Mozia.
De hele nacht heeft het geregend. Om 9.45 uur rijden we langs de havens van Trapani zuidwaarts. We volgen de bordjes richting Marsala (ja die van de bekende zoete wijn) en van de Riserva Naturale delle Saline en het Museo delle Saline. In de zoutpannen zien we flamingo’s, blauwe reigers, slobeenden, ‘n tureluur en pijlstaarteenden . We parkeren bij het zoutmuseum en lopen een rondje van een uur, het is gelukkig droog. Veel is er niet te zien, omdat we voor een groot deel niet vlak langs het water kunnen. De laatste 100 m begint het te gieten en waaien en we komen kletsnat bij de camper terug. We trekken droge kleren aan en na een kop thee vervolgen we de route; het is een gedeelte van een autoroute uit de Sunflower wegwijzer. De grote zoutvlakten worden afgewisseld door wijngaarden. We passeren het kleine vliegveld Vincenzo Floro en stoppen voor vandaag (na totaal 30 km)bij de Imbarcadero di Mozia. Vanuit dit haventje vertrekken bootjes die langs de eilanden( o.a Mozia) in de lagune gaan. Het blijft de hele middag regenen en wij verdrijven de natte tijd met lezen en tv kijken via de laptop. Er is een ruim aanbod aan zenders. Het nieuws vertelt over zware sneeuwval in de provincie Veneto, overlast van regen en overstromingen bij Rome èn bij Siracusa op Oost-Sicilië zijn 3 mensen in een auto weggespoeld en verdronken. Ik kijk een tijdje naar een volleybalwedstrijd, wat tekenfilms en er is een moviekanaal. We hopen voor morgen op beter weer.
Maandag 2 februari 2014 Imbarcadero di Mozia – Marsala – Mazara del Vallo.
Het weer ziet er vandaag een stuk beter uit. Het waait weliswaar nog flink , maar het is slechts gedeeltelijk bewolkt en de zon doet geregeld zijn best. Na nog even een blik aan het water en op de eilanden en de molens geworpen te hebben, laten we dit haventje achter ons. We rijden langs het water, dat verdacht hoog tegen de kustweg aan staat. Aan deze weg net voor Marsala vinden we een sosta camper, waar we voor €5 de wc kunnen legen. Dan gaat het door het centrum en doen we boodschappen bij een grote SISA, die op de parking speciale plaatsen voor campers heeft en waar we 4 uur mogen staan. Het is een nieuwe, groot opgezette, moderne èn heel overzichtelijke winkel met aparte bakkerij, een restaurant e.d. Daarna kuieren we langs het beroemde wijnhuis Baglio Florio (de Marsala-wijn) en een alcoholstoker Bianchi het centrum in. Een erg mooie wandeling is dit in eerste instantie niet. Maar eenmaal in het voetgangersgebied van het centrum aangekomen, blijkt Marsala wel degelijk een heel aardige kern te hebben. Je kunt hier in de diverse gelegenheden al ’s morgens vroeg Marsala proeven. Het grote plein met de Chiesa dell’Addolorata, een mooie oude poort en nog wat mooie paleizen zijn de moeite van het bekijken waard. We wandelen op goed geluk wat rond en komen bij het Palazzo VII Aprile met de Chiesa del Madre. De laatste heeft een aantal grote heiligenbeelden aan de gevel. Via een winkelstraatje gaat het langs het Palazzo Fici naar de Porta Nuova. Daar houdt de stad op en dus draaien we om en lopen door een aantal zijstaatjes met opvallend veel logiesgelegenheid. Zo komen we bij het voormalige Convento del Carmine, dat nu een archief bevat. Dan gaan we terug en lunchen op de parkeerplaats bij de Sisa. We vervolgen onze route en het lukt niet altijd om de weg langs de zee te volgen. Net buiten Marsala staat een wegversperring omdat de straat vol ligt met aangespoeld zeewier. Ook bij Villiagio Sibiliana wordt onze weg geblokkeerd, deze keer door een grote geitenkudde. Ondertussen rijden we door een zeer uitgestrekt wijnbouwgebied. Zigzaggend zoeken we de weg naar Mazara del Vallo, waar we tegen half vier aan de haven stoppen. Genoeg gereden voor vandaag. We parkeren naast Duitsers, die ons eerder in Palermo ook al gezien hadden. Wij hen niet! In de haven is een werf, waar enkele schepen op de helling staan. In het water liggen opmerkelijk veel roestbakken. Op het strand achter de boulevard ligt geen blubber van zeewier maar een laag dikke “vilten” biljartballen. Zo veel als hier hebben we zelfs aan de Spaanse kust nooit gezien. Uiteraard verkennen we de stad zelf nog een uurtje. Het is een aardige stad met veel keramiek in de vorm van bloempotten en tegelwandjes. We zoeken nog even naar een internetpunt, maar tevergeefs.
Martedi 4 Febbraio 2014. Mazara del Vallo – Cave di Cusa – Selinunte – Sciacca.
Vandaag is het een archeologische wandeldag. Met stralend weer vertrekken we uit Mazara. We proberen een alternatieve weg langs zee naar Cave di Cusa te vinden, hetgeen niet erg soepel gaat. Cave di Cusa is een steengroeve uit de Griekse tijd, die werd gebruikt voor de tempels van Selinunte. De hobbelige toegangsweg wordt beveiligd door een herder met zijn honden. Die laatste vallen zelfs de camper aan! De entree is gratis, omdat het park eigenlijk gesloten is. Her en der in dit mooie wandelpark, dat links door een stenen muur is afgesloten, liggen nog dikke stenen cilinders, die voor zuilen bestemd waren. Om 12.30 uur na een mooie tocht door het dal van de Mondrone, met wijngaarden afgewisseld met olijfgaarden, staan we op de parking van Selinunte, de grootste Griekse opgraving op Sicilië. Selinunte was in de 6e eeuw v.C. een belangrijke Griekse kolonie. Onder aanvoering van Hannibal hebben de Carthagers in de 4e eeuw v.C. de stad met al zijn tempels grondig verwoest. Na de lunch maken we over het zeer uitgebreide terrein een heerlijke wandeling. Eerst naar de oostelijke tempels, die heel saai: E, F en G genoemd zijn. E ziet er nog heel goed uit. De andere twee zijn als blokkendoosbouwsels op een hoop gegooid. We steken het dal (Gorgo Cottone) dat oostelijke tempels scheidt van bouwwerken op het Akropolis-complex (O, A, B, C en D) over. Niet alleen tempels hier, maar ook restanten van huizen, stadsmuren en een necropolis. Van alles wat er nog is over gebleven zijn wij aardig onder de indruk. Hoe kregen ze dit voor elkaar? We zwerven tot een uur of drie over de hellingen van de Akropolis. Zo’n 10 kilometer verder op kijken we even in Portopalo naar een overnachtingsplek bij een restaurant maar die bevalt ons niet, dus rijden we door naar Sciacca, waar we bij de haven tot onze grote verbazing wel 20 campers aantreffen. Zoveel hebben we er de afgelopen weken nog niet bij elkaar gezien. We sluiten aan en morgen maar eens bekijken waarom het hier zo populair is.s